Artikel 65

Print this page

1. De rechterlijke bevoegdheid, bepaald in artikel 8, punt 2, en artikel 13 ten aanzien van de vordering tot vrijwaring of de vordering tot voeging of tussenkomst kan worden ingeroepen in de lidstaten die zijn opgenomen op de lijst die door de Commissie uit hoofde van artikel 76, lid 1, en artikel 76, lid 2, is opgesteld, doch slechts voor zover het nationale recht dit toestaat. Een persoon die woonplaats heeft in een andere lidstaat, kan worden verzocht deel te nemen aan de procedures voor gerechten van deze lidstaten overeenkomstig de in die lijst vermelde regels betreffende het in het geding roepen van een derde.

2. In een lidstaat krachtens artikel 8, punt 2, en artikel 13 gegeven beslissingen worden in overeenstemming met hoofdstuk III in alle andere lidstaten erkend en ten uitvoer gelegd. Wanneer beslissingen die gegeven worden in de lidstaten die opgenomen zijn op de in lid 1 bedoelde lijst, in overeenstemming met het recht van die lidstaten gevolgen teweegbrengen voor derden bij toepassing van lid 1, worden deze gevolgen in alle lidstaten erkend.

3. De lidstaten die zijn opgenomen in de lijst als bedoeld in lid 1, verschaffen, in het kader van het Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken, zoals opgericht bij Beschikking 2001/470/EG van de Raad ( 16 ) („het Europese justitiële netwerk”), informatie over de wijze waarop overeenkomstig hun nationale recht de gevolgen van de in de tweede volzin van lid 2 genoemde beslissingen worden vastgesteld.

 

[16] PB L 174 van 27.6.2001, blz. 25.