Artikel 30

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Wanneer in een ex-parteprocedure de kamer van beroep van mening is dat er een absolute weigeringsgrond van toepassing kan zijn op in de merkaanvraag vermelde waren of diensten die geen deel uitmaken van het voorwerp van het beroep, stelt zij de onderzoeker die voor de behandeling van die aanvraag bevoegd is, in kennis en kan deze beslissen tot heropening van het onderzoek op grond van artikel 45, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1001 met betrekking tot die waren of diensten.


2. Indien tegen een beslissing van de oppositieafdeling beroep is ingesteld, kan de kamer van beroep door middel van een met redenen omklede tussenbeslissing en onverminderd artikel 66, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1001, de beroepsprocedure schorsen en de betwiste aanvraag terugverwijzen naar de voor het onderzoek van die aanvraag bevoegde onderzoeker, met een aanbeveling tot heropening van het onderzoek op grond van artikel 45, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1001, indien zij van mening is dat er een absolute weigeringsgrond geldt voor alle of een deel van de in de merkaanvraag vermelde waren of diensten.


3. Wanneer de betwiste aanvraag is terugverwezen op grond van lid 2, deelt de onderzoeker de kamer van beroep onverwijld mede of het onderzoek van de litigieuze aanvraag al dan niet is heropend. Wanneer het onderzoek is heropend, blijft de hogere voorziening geschorst totdat de beslissing van de onderzoeker is genomen, en, voor zover de litigieuze aanvraag volledig of gedeeltelijk is afgewezen, totdat de beslissing van de onderzoeker dienaangaande definitief is geworden.