Artikel 9

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Behalve door vervanging na het verstrijken van de ambtstermijn in de zin van artikel 4, of door overlijden, eindigt de ambtsuitoefening van een rechter wanneer hij ontslag neemt.


2. Een rechter die ontslag neemt, richt daartoe een brief aan de president van het Hof van Beroep of, in het geval van rechters van het Gerecht van Eerste Aanleg, aan de president van het Gerecht van Eerste Aanleg, ter doorzending aan de voorzitter van het Bestuurscomité.


3. Behoudens in gevallen waarin artikel 10 van toepassing is, blijft elke rechter in functie totdat zijn opvolger aantreedt.


4. Elke vacature wordt vervuld door benoeming van een nieuwe rechter voor de resterende ambtstermijn van zijn voorganger.