Regel 116

Print this page

1. Indien het Bureau geen kennisgeving van voorlopige weigering van ambtswege overeenkomstig regel 112 heeft gezonden, het Bureau geen oppositie heeft ontvangen binnen de in artikel 151, lid 2, van de verordening bedoelde oppositieperiode en het Bureau geen kennisgeving van voorlopige weigering van ambtswege heeft gezonden naar aanleiding van door derden ingediende opmerkingen, zendt het Bureau een nadere verklaring dat bescherming wordt verleend naar het Internationale Bureau, waarin wordt aangegeven dat het merk in de Europese Gemeenschap bescherming geniet.

2. Met het oog op de toepassing van artikel 146, lid 2, van de verordening heeft de in lid 1 bedoelde nadere verklaring dat bescherming wordt verleend hetzelfde rechtsgevolg als een verklaring door het Bureau dat een kennisgeving van weigering is ingetrokken.