Regel 124

Print this page

1. Een aanvraag voor een Gemeenschapsmerk wordt alleen beschouwd als omzetting van een internationale inschrijving die op verzoek van de administratie van oorsprong door het Internationale Bureau is doorgehaald, overeenkomstig artikel 9 quinquies van het Protocol van Madrid en artikel 156 van de verordening, als dit in de aanvraag is aangegeven. Deze informatie moet bij de indiening van de aanvraag worden doorgegeven.

2. De aanvraag bevat, naast de in regel 1 bedoelde gegevens en bescheiden:
a) het nummer van de internationale inschrijving die is doorgehaald;
b) de datum waarop de internationale inschrijving door het Internationale Bureau is doorgehaald;
c) in voorkomend geval de datum van de internationale inschrijving overeenkomstig artikel 3, lid 4, van het Protocol van Madrid of de datum waarop de territoriale uitstrekking tot de Europese Gemeenschap na de internationale inschrijving overeenkomstig artikel 3 ter, lid 2, van het Protocol van Madrid is aangetekend;
d) indien van toepassing, de voorrangsdatum waarop in de internationale aanvraag een beroep is gedaan, zoals aangetekend in het internationale register dat door het Internationale Bureau wordt bijgehouden.

3. Indien het Bureau tijdens het onderzoek overeenkomstig regel 9, lid 3, vaststelt dat de aanvraag niet is ingediend binnen drie maanden na de datum waarop de internationale inschrijving door het Internationale Bureau is doorgehaald of dat de waren en diensten waarvoor het Gemeenschapsmerk moet worden ingeschreven niet zijn opgenomen in de opgave van waren en diensten waarvoor de internationale inschrijving ten aanzien van de Europese Gemeenschap is ingeschreven, verzoekt het Bureau de aanvrager binnen een door het Bureau te stellen termijn de vastgestelde gebreken te verhelpen en met name de opgave van waren en diensten te beperken tot de waren en diensten die zijn opgenomen in de opgave van waren en diensten waarvoor de internationale inschrijving ten aanzien van de Europese Gemeenschap is ingeschreven.

4. Indien niet binnen de gestelde termijn de in lid 3 bedoelde gebreken worden verholpen, vervalt het recht op de datum van de internationale inschrijving of de territoriale uitstrekking, alsmede het eventuele recht op de datum van voorrang van de internationale inschrijving.