Artikel 11

Print this page

1. De Commissie legt het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité uiterlijk 1 januari 2009 en vervolgens om de vier jaar een verslag voor over de toepassing en de gevolgen van deze richtlijn, waarin zij in het bijzonder aandacht schenkt aan de concurrentiepositie van de markt van moderne en hedendaagse kunst in de Gemeenschap, in het bijzonder aan de positie van de Gemeenschap ten opzichte van belangrijke markten die het volgrecht niet toepassen, aan de bevordering van de kunst en aan de wijze van beheer van de lidstaten. Zij onderzoekt met name de gevolgen van de richtlijn voor de interne markt en de effecten van de invoering van het volgrecht in de lidstaten waar dit recht voor de inwerkingtreding van deze richtlijn niet werd toegepast. De Commissie doet in voorkomend geval voorstellen om de minimumdrempel en de tarieven van het recht aan de ontwikkelingen in de sector aan te passen, zij doet ook voorstellen in verband met het maximumbedrag van artikel 4, lid 1, alsmede alle andere voorstellen die zij noodzakelijk acht om de doeltreffendheid van de richtlijn te verbeteren.

 

2. Bij deze richtlijn wordt een contactcomité opgericht, bestaande uit vertegenwoordigers van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Commissie. Het comité komt bijeen op initiatief van de voorzitter of op verzoek van de vertegenwoordiging van een lidstaat.

 

3. Het comité heeft tot taak:

- overleg te organiseren over alle vraagstukken die voortvloeien uit de toepassing van de richtlijn;

- de uitwisseling van gegevens tussen de Commissie en de lidstaten over relevante ontwikkelingen op de kunstmarkt in de Gemeenschap te vergemakkelijken.