Januari 2024

Print this page

IEPT20240131, Rb Den Haag, Container Centralen v curator Quality Plants
Container Centralen kan geen goederenrechtelijke aanspraak maken op de bij QPE aangetroffen Containers; CC Containers die zich binnen Containersysteem bevinden zijn oneigenlijk vermengd; Revindicatie van containers die oorspronkelijk van één eigenaar waren kan, maar is niet afgesproken binnen de pool. Uitputtingsberoep van de merk-, model, en octrooirechten die rusten op de identificatietekens slaagt niet.: Containers tegen een vergoeding laten rouleren in een gebruikerspool kwalificeert niet als in de EER in de handel brengen. Het stond de curator niet vrij om de Identificatietekens voorzien van het Merk van de Containers te verwijderen, alvorens deze containers te koop aan te bieden: Container Centralen zou dan het wezenlijke recht worden ontzegd om de van haar merk voorziene waren als eerste in de EER in de handel te brengen.

 

IEPT20240130, HvJEU, RTI v Agcom

Uitzondering van artikel 23 lid 2 Richtlijn audiovisuele mediadiensten (2010/13) ziet niet op reclameboodschappen die een omroeporganisatie uitzendt voor een radiostation dat tot dezelfde groep van vennootschappen behoort: tenzij, ten eerste, de programma’s waarop deze reclameboodschappen betrekking hebben, „audiovisuele mediadiensten” in de zin van artikel 1, lid 1, onder a), AVMD-richtlijn zijn. En, ten tweede, de omroeporganisatie voor deze diensten „redactionele verantwoordelijkheid” in de zin van artikel 1, lid 1, onder c), AVMD-richtlijn draagt.

 

IEPT20240130, Rb Midden-Nederland, eisers v gedaagde 

Vordering tot verwijdering van de onrechtmatige uitlatingen op de website wordt toegewezen: Voldoende aannemelijk dat Bericht onrechtmatig is tegenover eiser. Certificaat Europese executoriale titel geldt alleen voor de proceskostenveroordeling: Voor de dwangsom kan het waarmerk slechts gelden wanneer het bedrag definitief is bepaald. De vordering tot het plaatsen van een rectificatie (op website en in diverse tijdschriften) wordt afgewezen: Niet proportioneel. Vorderingen in reconventie afgewezen: Geen strijd met de distributieovereenkomst; Geen sprake van een handelsnaam die bij het in aanmerking komende publiek beschermenswaardige bekendheid (zodanig dat daardoor verwarring is te duchten) geniet.

 

IEPT20240130, Rb Gelderland, MAC's Medical v Concept Medical

Geen sprake van een exclusieve distributieovereenkomst voor bepaalde tijd: conceptovereenkomsten zijn niet ondertekend en MAC’s Medical heeft de door Concept Medical gedane voorstellen steeds afgewezen. Wel sprake van een niet-exclusieve distributieovereenkomst voor onbepaalde tijd: bestendige handelsrelatie tussen partijen. Opzegging distributieovereenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar: Concept Medical had bij opzegging minst genomen een redelijke opzegtermijn in acht moeten nemen.


IEPT20240126, Rb Midden-Nederland, Perfect Cover

Etiket Perfect Cover aan de buitenkant en niet onder het verpakkingsplastic. Eiseres produceert en levert afdekmaterialen onder beeldmerk met woordelementen Perfect Cover. Gedaagde verhandelt met toestemming zijn goederen, maar verkoopt ook andermans producten onder de Perfect Cover etiketten. Aangetoond via verkoopaantallen en omdat proefaankoop via een Ghost-account liet zien dat etiket aan buitenzijde is bevestigd en niet onder de plastic verpakking. Staking bevolen ex 2.20 lid 1 sub a BVIE.

 

IEPT20240126, Rb Amsterdam, Publicaties geluidsopnamen advocatenpraktijk
Publicatieverbod inzake vertrouwelijke geluidsopnamen advocatenpraktijk. De door eiser en de Orde aangevoerde belangen (de bescherming van de rechten van anderen en het voorkomen van de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen) zwaarder wegen dan het belang van de persvrijheid. Behandeling achter gesloten deuren (art. 27 Rv) en verbod op mededelingen inzake inhoud van de procedure (art. 28 Rv)

 

IEPT20240125, HvJEU, Audi v GQ
grilleMerkinbreuk reserveonderdeel voorzien van met het merk overeenstemmende vorm indien het gebruik daarvan afbreuk kan doen aan  een of meerdere functies van het merk (artikel 9(2) en (3) UMeV). Reparatieclausule van artikel 110 Gemeenschapsmodellenverordening niet naar analogie van toepassing op het merkenrecht. Bestemmingsaanduidingsbeperking op het merkrecht voor accessoire of reserveonderdeel staat aan inbreukverbod voor een met de vorm van het merk overeenstemmend grille onderdeel niet in de weg, ongeacht of het technisch mogelijk is het merk op de grille te bevestigen zonder dat onderdeel (artikel 14(1)(c) UMeV)
 

 

IEPT20240124, Gerecht EU, LEGO v Delta Sport
Het Gerecht bevestigt de geldigheid van de bescherming van een Lego-speelgoedblokje. Het EUIPO heeft een nieuw besluit vastgesteld waarbij de nietigheidsaanvraag wordt afgewezen. Het oordeelde dat het niet passend was geweest om de bescherming van het Legoblokje in te trekken, aangezien dat steentje profiteerde van een specifieke uitzondering in het Unierecht die de bescherming van modulaire systemen mogelijk maakte.

 

IEPT20240124, Rb Amsterdam, eiser v FD

Aan het FD komt een grote mate van vrijheid van meningsuiting toe: [eiser] is een publiek figuur en samen met B&S ten tijde van de publicatie van de artikelen onderdeel van het publiek debat. 2 november artikel FD niet onrechtmatig jegens [eiser]: uitingen vinden voldoende steun in de feiten. FD is zorgvuldig omgegaan met vertrouwelijke informatie. Sprake van hoor en wederhoor. Portretrecht [eiser] niet geschonden. 3 november artikel FD deels onrechtmatig jegens [eiser], rectificatie toegewezen: citaat [naam 13] vindt onvoldoende steun in de feiten. Verwijzing naar schadestaat voor materiële schade van [eiser] toegewezen: [eiser] heeft gesteld dat hij inkomsten is misgelopen en extra kosten heeft moeten maken als gevolg van de publicaties. Overige vorderingen afgewezen: rectificatie van het onrechtmatige onderdeel van de publicatie zal voldoende tegemoetkomen aan de belangen van [eiser].

 

IEPT20240123, Rb Den Haag, Janssen Biotech v Samsung Bioepis
Productie biosimilar voor export en geldig beroep op productievrijstelling ABC. Bewoording Productievrijstellingsverordening (EU) nr. 2019/933 voldoende duidelijk om te bepalen hoe deze moeten worden uitgelegd: Geen reden om over te gaan tot het stellen van prejudiciële vragen aan het HvJEU.Samsung Bioepis kan een geldig beroep doen op de productievrijstelling voor export biosimilar naar derde landen; Referentienummer van handelsvergunning in exportland mag later verstrekt worden (zodra dit publiek beschikbaar is); Exportlanden hoeven niet (alvast) rechtenvrij te zijn; Tijdelijke opslag is toegestaan onder de productie-voor-export-vrijstelling. De vorderingen worden afgewezen.

 

IEPT20240123, Hof Den Haag, Aachboun v Diekstra

Gevorderde rectificatie door [appellant] niet toewijsbaar, vonnis voorzieningenrechter bekrachtigd: de uitlating dat ‘[appellant] zich (…) schuldig [maakt] aan valsheid in geschrifte’ betreft geen citaat, maar een interpretatie en kan dus niet aan [verweerder] worden toegeschreven.

 

IEPT20240122, Rb Midden-Nederland, Bob Solar v AvroTros

Radar-aflevering over situatie rondom aanbetalingen zonnepanelen is niet onrechtmatig tegenover [eiseres c.s.]: uitlatingen geuit in de aflevering vinden voldoende steun in het op dat moment beschikbare feitenmateriaal. Beeld bij de kijker is niet gewekt door eenzijdige of misleidende berichtgeving. Gevorderde inzage in en afgifte van alle gegevens en documenten die verband houden met de aflevering afgewezen: aan de 843a Rv-vordering hoeft niet te worden voldaan, omdat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gegevens is gewaarborgd. 

 

IEPT20240119, HR, Sonos v Google

Sonos en Google niet ontvankelijk in cassatieberoepen tegen tussenarresten van 27 juli 2021 en 31 mei 2022. Daartegen kan slechts beroep in cassatie worden ingesteld tegelijk met eindarrest (art. 401a lid 2 Rv). De arresten van het gerechtshof Den Haag van 27 juli 2021 en 31 mei 2022 zijn tussenarresten, omdat daarbij in het dictum geen einde is gemaakt aan het geding omtrent enig deel van het gevorderde. Veroordeling in de volledige proceskosten wegens misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen afgewezen met inachtneming van de terughoudendheid, ,gelet op het recht op toegang tot de rechter, dat mede gewaarborgd wordt door art. 6 EVRM, ziet de Hoge Raad onvoldoende grond daarvoor 

 

IEPT20240118, HvJ EU, HP v Senetic
Omkering bewijslast uitputting en selectieve distributie. Vrij verkeer van goederen staat er aan in de weg dat de bewijslast inzake de uitputting van het aan een Uniemerk verbonden recht uitsluitend rust op de verwerende partij in de inbreukprocedure wanneer de van dat merk voorziene waren – waarop geen etiketten zijn aangebracht aan de hand waarvan derden de doelmarkt kunnen identificeren en die worden gedistribueerd via een selectief distributienetwerk waarbij de leden deze waren alleen aan andere leden van dat netwerk of aan eindgebruikers kunnen doorverkopen – door die verwerende partij in de Unie of in de EER zijn gekocht nadat de verkopers hebben verzekerd dat die waren daar rechtmatig in de handel konden worden gebracht, en de merkhouder weigert deze controle zelf te verrichten op verzoek van de koper.

 

IEPT20240117, Rb Den Haag, Realistic Games v Stakelogic

Maximale boete nu vaststellingsovereenkomst rondom BOOK OF CHARMS niet is nageleefd. Wat begon als een merkenrechtschending op BOOK OF CHARMS betreft online kansspelen, heeft geleid tot een vaststellingsovereenkomst. De vraag of boetes zijn verbeurd door het niet naleven van verplichtingen uit de overeenkomst. De taalkundige uitleg is de enige uitleg, gegeven het feit dat partijen over de overeenkomst niet hebben onderhandeld. Dat een boete pas verschuldigd zou zijn als zowel verplichting onder artikel 1 als artikel 2 niet wordt nageleefd, klopt niet. Ook als één van de verplichtingen niet wordt nageleefd. Maximum van boetes is verbeurd en veroordeling in de proceskosten.

 

IEPT20240117, Rb Amsterdam, The Bulldog v Red Bull 
Risicoaansprakelijkheid Red Bull voor onrechtmatige executie van vernietigd 2010 Arrest. Afwijzing afgeleide schadevorderingen Beheer en [eiser 3]. Dreiging met executie tegen Verkoop voldoende voor risicoaansprakelijkheid Red Bull. Gelet op deze handelswijze en (proces)houding van Red Bull was de dreiging met executie door de betekening van het 2010-Arrest niet alleen gericht tegen Beheer en [eiser 3], maar tegen elk onderdeel van de onderneming van [eiser 3] die The Bulldog Energy Drink produceert en/of distribueert, dus ook tegen Verkoop, al wist Red Bull in 2003 nog niet dat deze mededeling zich ook tegen Verkoop richtte. The Bulldog heeft dat terecht zo begrepen. Causaal verband ontbreek niet doordat verkoop al voor betekening exploitatie afbouwde ter voorkoming van dwangsommen. Schade doordat Bulldog in de periode tussen gewonnen vonnis en het 2010 Arrest niet vol heeft geëxploiteerd komt voor haar eigen rekening en risico.

 

IEPT20240117, Rb Amsterdam, Ronnie Flex v Top Notch

Artiestenovereenkomst tussen Top Notch c.s en [eiser] niet vernietigbaar wegens dwaling, misbruik van omstandigheden of ontbreken wilsovereenstemming: [eiser] was meerderjarig en handelingsbekwaam en werd bijgestaan door zijn (latere) manager. Afzonderlijke bepalingen zijn niet vernietigbaar op grond van artikel 25f lid 1 of 2 Auteurswet of redelijkheid en billijkheid: ook als sprake is van kernbedingen blijkt uit niets dat de wil van [eiser] gericht was op iets anders dan op hetgeen is overeengekomen. Geen sprake van rechtsgeldige ontbinding van de artiestenovereenkomst: niet is gesteld welke tekortkoming in de nakoming van de Overeenkomst de ontbinding rechtvaardigt. [eiser] kan niet worden aangemerkt als fonogrammenproducent: zwaartepunt van financiële verantwoordelijkheid lag bij Top Notch c.s.

 

IEPT20240117, Rb Amsterdam, Student Verhuis Service v Studenten Verhuizers Amsterdam

Studenten Verhuizers Amsterdam maakt met oranje logo inbreuk op merkrechten Student Verhuis Service (art. 2.20 lid 2 sub b BVIE): niet de woordelementen, maar de beeldelementen geven de merken van SVS onderscheidend vermogen. Oranje logo Studenten Verhuizers Amsterdam levert eenzelfde totaalindruk op als beeldmerk SVS, verwarringsgevaar valt te duchten. Geen verwarringsgevaar ten aanzien van blauw logo en logo Studenten Verhuisliften. Gebruik van handelsnamen “Studenten Verhuizers Amsterdam” en “Studenten Verhuisliften” maakt inbreuk op handelsnaamrechten SVS: namen zijn niet gebruikt om eigen dienst te beschrijven, maar om aan te haken bij bekendheid en reputatie van SVS. Reëel risico van verwarringsgevaar. Beroep op nietigverklaring ex art. 2.2bis lid 1 sub b BVIE slaagt niet: combinatie van verschillende elementen – woorden, illustratie van de studentenbaret en oranje kleur – maken dat merken voldoende onderscheidend vermogen hebben.

 

IEPT20240116, Hof Den Haag, OFM v Bestseller

Beroep van OFM op rechtsverwerking slaagt niet: OFM mocht er niet gerechtvaardigd op vertrouwen dat Bestseller niet zou optreden tegen gebruik tekens. OFM niet tekort geschoten in nakoming van overeenkomst met Bestseller: in de overeenkomst geen algemeen verbod tot gebruik van het teken Only for Men opgenomen. Geen sprake van merkgebruik door OFM: tekens vervullen niet de herkomstfunctie van een merk. Geen sprake van merkinbreuk op grond van sub b: duidelijke en vaste betekenis ‘Only for Men’ neutraliseert de fonetische en visuele gelijkenis tussen het merk en het teken. Geen reëel verwarringsgevaar bij het normaal oplettende publiek. Geen sprake van merkinbreuk op grond van sub c: geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit kan worden afgeleid dat het de intentie van OFM is geweest om in het kielzog van het merk ONLY te varen.

 

IEPT20240111, HvJEU, Mylan v Gilead
Artikel 9(7) van de Handhavingsrichtlijn verzet zich niet tegen een op risicoaansprakelijkheid gebaseerde nationale regeling inzake vergoeding van door een voorlopige maatregelen veroorzaakte schade wanneer de rechter bevoegd is om het bedrag van de schadevergoeding aan te passen, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak waaronder de eventuele betrokkenheid van de verweerder bij het ontstaan van de schade.

 

IEPT20240111, HvJEU, Inditex v Buongiorno 
Toegestaan verwijzend merkgebruik vereist dat gebruik van het merk nodig is om de bestemming van een door een derde op de markt gebrachte waar – een cadeaubon – aan te geven. Artikel 6(1)(c) van Merkenrichtlijn 2008/95 ziet enkel op het gebruik van het merk in het economische verkeer door een derde om overeenkomstig de eerlijke gebruiken in nijverheid en handel waren of diensten te identificeren of ernaar te verwijzen als die van de houder van dat merk wanneer een dergelijk gebruik van het merk nodig is om de bestemming van een door deze derde op de markt gebrachte waar of van een door hem aangeboden dienst aan te geven. 

 

IEPT20240110, Rb Noord-Holland, Xlim v Gemeente Purmerend

Spoedeisend belang aangenomen: zaak is naar haar aard (vordering 843a Rv) spoedeisend. Sprake van rechtsbetrekking: De toezegging het programma niet meer te gebruiken dient de gemeente ten opzichte van Xlim nog altijd na te komen zodat daaruit al een rechtsbetrekking volgt. Wel inzage bescheiden reeds opgestelde stukken: dat de gemeente geen inzage wil geven in de bescheiden omdat daar vertrouwelijk informatie in staat, maakt het aannemelijk dat voor de gemeente ook duidelijk is om welke bescheiden het gaat. Geen inzage bescheiden toekomstige stukken: de omstandigheid dat de gemeente de wettelijke plicht heeft om die toekomstige jaarstukken op te stellen, zodat zij op enig moment voorhanden zullen zijn, vormt onvoldoende grond voor toewijzing in kort geding.

 

IEPT20240110, Rb Rotterdam, Car Care v Brozo

Brozo op grond van overeenkomst verplicht in Taiwan en China geregistreerd merk over te dragen aan Car Care: dat Brozo benadrukt dat sprake was van een ‘package deal’ die meebrengt dat nakoming van gemaakte afspraken niet los van elkaar kan worden gezien, doet niet af aan bestaan overdrachtsverplichting. Car Care heeft stellingen maar net aan voldoende onderbouwd.

 

IEPT20240109, Hof Arnhem-Leeuwarden, sterrenkundige v Stichting Astron

Uitingen [appellant] met de kwalificatie ‘pseudo-wetenschap’ niet onrechtmatig jegens [geïntimeerde]: [appellant] stond het vrij om zijn mening te uiten en daarbij deze kwalificatie te gebruiken, temeer gelet op zijn achtergrond als sterrenkundige. Beschuldigingen van plagiaat, bedrog, fraude en seksisme onrechtmatig jegens [geïntimeerde]: beschuldigingen ontberen een voldoende feitelijke basis. Beschuldigingen vormen, gelet op de gevolgen daarvan en de wijze waarop en stelselmatigheid waarin deze zijn gepresenteerd, een ernstige aantasting van de reputatie van [geïntimeerde]. Verbod om beschuldigingen te uiten en gebod om gepubliceerde teksten te verwijderen toegewezen: veroordeling beperkt tot teksten inhoudende beschuldigingen van plagiaat, fraude, bedrog en seksisme.

 

IEPT20240109, Hof Den Bosch, nalatenschap Hans Vlek

Auteursrechten over de literaire nalatenschap van erflater rusten bij [geïntimeerde]: toebedeling van auteursrechten aan [geïntimeerde] en [appellante] gezamenlijk, dan wel verdeling bij helfte, acht het hof niet aangewezen. Literaire nalatenschap is bij [geïntimeerde] in goede handen.