Artikel 1.4

Print this page

      

 

1. De Organisatie bezit internationale rechtspersoonlijkheid ter uitoefening van de haar toebedeelde taken.


2. De Organisatie bezit nationale rechtspersoonlijkheid en heeft derhalve, op het grondgebied van de drie Benelux-landen, de rechtsbevoegdheid die aan nationale rechtspersonen is toegekend, voor zover nodig voor de uitoefening van haar taken en voor het bereiken van haar doelstellingen, in het bijzonder de bevoegdheid om contracten te sluiten, roerende en onroerende goederen te verwerven en te vervreemden, particuliere en openbare gelden te ontvangen en uit te geven en in rechte op te treden.


3. De Directeur-Generaal van het Bureau, hierna te noemen “de Directeur-Generaal”, vertegenwoordigt de Organisatie in en buiten rechte.