Artikel 32

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Wanneer met betrekking tot hetzelfde ingeschreven Gemeenschapsmodel verscheidene vorderingen tot nietigverklaring zijn ingediend, kan het Bureau deze met het oog op de behandeling voegen.

Het Bureau kan nadien anders besluiten.

 

2. Wanneer uit het vooronderzoek van een of meer vorderingen blijkt dat het ingeschreven Gemeenschapsmodel mogelijk nietig is, kan het Bureau de andere procedures tot nietigverklaring opschorten.

Het Bureau stelt de resterende verzoekers in kennis van elke relevante beslissing die wordt genomen in de procedures die worden voortgezet.

 

3. Wanneer definitief beslist is het model nietig te verklaren, worden de vorderingen ten aanzien waarvan een beslissing overeenkomstig lid 2 is opgeschort, geacht te zijn behandeld; de desbetreffende verzoekers worden daarvan in kennis gesteld. In dat geval wordt de procedure geacht voor de toepassing van artikel 70, lid 4, van Verordening (EG) nr. 6/2002 zonder voorwerp te zijn geraakt.

 

4. Het Bureau betaalt 50 % van de in artikel 52, lid 2, van Verordening (EG) nr. 6/2002 bedoelde taks voor nietigverklaring terug aan elke verzoeker wiens vordering overeenkomstig de leden 1, 2 en 3 van het onderhavige artikel wordt geacht te zijn behandeld.