Regel 1.34

Print this page

      

 

1. De proceduretaal is een van de werktalen van het Bureau. Zij wordt bij een vordering tot nietigverklaring of vervallenverklaring tegen een Benelux-inschrijving vastgesteld op de volgende wijze:

a. de proceduretaal is de taal van de inschrijving van verweerder;

b. in afwijking van het onder a bepaalde is de proceduretaal de taal gekozen door de verzoeker indien de taal van de inschrijving van verweerder het Engels is.

 

2. In geval van een vordering tot nietigverklaring of vervallenverklaring tegen een internationale inschrijving wordt de proceduretaal door verzoeker gekozen uit de werktalen van het Bureau. Indien verzoeker kiest voor een van de officiële talen van het Bureau, kan verweerder binnen een termijn van een maand na de datum van de kennisgeving van ontvankelijkheid aangeven daarmee niet akkoord te gaan en kiezen voor de andere officiële taal van het Bureau. Indien verzoeker voor het Engels kiest, kan verweerder binnen een termijn van een maand na de datum van de kennisgeving van ontvankelijkheid aangeven daarmee niet akkoord te gaan en kiezen voor een van de officiële talen van het Bureau. Bij uitblijven van een reactie van verweerder op de taalkeuze van verzoeker is de proceduretaal de taal gekozen door verzoeker.

 

3. In afwijking van het in de leden 1 en 2 bepaalde kunnen partijen gezamenlijk kiezen voor een andere proceduretaal.

 

4. De keuze voor een proceduretaal wordt gemaakt als volgt:

a. de verzoeker geeft bij indiening van de vordering tot nietigverklaring of vervallenverklaring de werktaal van het Bureau aan die zijn voorkeur heeft als proceduretaal;

b. indien de verweerder zich kan verenigen met de taalkeuze van verzoeker deelt hij dit binnen de in regel 1.31, lid 1, sub b of lid 2, sub b, bedoelde termijn mede.

 

5. Het Bureau deelt de proceduretaal mede aan partijen.

 

6. De beslissing van het Bureau wordt opgesteld in de proceduretaal.