November 2022

Print this page

IEPT20221130, Rb Overijssel, YamYam

Verwarringsgevaar handelsnaam ‘Yam Yam Rijssen, Italian kitchen Yam Yam grill’ en oudere handelsnaam Eetcafé Yam Yam. Verwarringsgevaar woordmerk Yam Yam  en handelsnaam ‘Yam Yam Rijssen, Italian kitchen Yam Yam grill’. Geen rechtmatig voorgebruik handelsnaam voorafgaand aan merkinschrijving.

 

IEPT20221130, Rb Den Haag, Abbott v HTG

Inbreuk op de Abbott Uniemerken door herverparkte teststrips FreeStyle te verhandelen in de EU (art. 9 lid 2 sub a UMVo). Kamstra heeft de Freestyle test strips in nagemaakte Amerikaanse verpakkingen verhandeld in de EU , nu zij deze heeft gekocht en in Nederland geleverd heeft gekregen van Prämie. Geen uitputting - gegronde reden om zich te verzetten tegen verdere verhandeling. De Freestyle test strips zijn zonder toestemming van Abbott c.s. herverpakt in nagemaakte Amerikaanse verpakkingen. Daardoor is de toestand van de waren gewijzigd, in het bijzonder ook doordat het lotnummer en uiterste houdbaarheidsdatum niet langer juist waren en daar voor Abbott c.s. potentieel hoge aansprakelijkheidsrisico’s mee samenhangen. Abbott c.s. heeft daarom een gegronde reden om zich te verzetten tegen verdere verhandeling in de zin van artikel 15 lid 2 UMVo. Gevorderd voorschot van € 180.000 op schadevergoeding en winstafdracht toewijsbaar. Voor toewijzing van de gevorderde winstafdracht is kwade trouw vereist. Daarvan is sprake in gevallen van moedwillig gepleegde inbreuk. Sprake van een moedwillige inbreuk waardoor niet meer in redelijkheid afgaan kon worden op de geruststellende mededelingen van Prämie. Opslag PHI geen merkgebruik in het economisch verkeer. De wijze van opslag door PHI en de wijze van het sluiten van de vervoerovereenkomst leiden niet tot merkgebruik in het economisch verkeer in de zin van art. 9 lid 2 UMVo. PHI heeft onrechtmatig gehandeld jegens Abbott c.s. door inbreuk op de Abbott Uniemerken te faciliteren. PHI moet hebben geweten dat zij met de opslag van de van Prämie afkomstige USA-Freestyle test strips, haar betrokkenheid bij de in- en uitvoer daarvan en het regelen van het vervoer naar Southeastern, inbreuk op de Abbott Uniemerken faciliteerde.

 

EPT20221129, Hof Den Haag, Tinnus

ballonWaterballon geen auteursrechtelijk beschermd werk. Keuze voor effen felle/primaire kleuren voor de Bunch-O-Balloons is zodanig banaal en triviaal dat daarin geen creatieve arbeid valt aan te wijzen. De keuze voor slangetjes van gelijke lengte (element c), is uitsluitend technisch bepaald. De lengte van de slangetjes is te zeer het resultaat van een door technische uitgangspunten beperkte keuze. De keuzeruimte bij het bepalen van het aantal slangetjes en de buitendiameter van de slangetjes is zo beperkt dat van vrije, creatieve keuzes geen sprake kan zijn. De materiaalkeuze en stijfheid van de slangetjes zijn zozeer technisch bepaald dat geen sprake kan zijn van vrije en creatieve keuzes. Geen inbreuk op modelrecht. Ondanks de overeenkomsten tussen Model 0007 en de [geïntimeerde], wekt de [geïntimeerde] waterballonvuller bij de geïnformeerde gebruiker een andere algemene indruk zal dan Model 0007.


IEPT20221125, Rb Rotterdam, Appartementfoto's
Foto-auteursrecht. Foto's van eiser zijn door gedaagde doorgestuurd voor de verkoop van zijn appartement aan Bedrijf01 die het op zijn website en Funda heeft geplaatst.  Schikkingsvoorstel leek op een poging tot oplichting omdat eerder een prijsopgaaf van €350 was gegegeven. Toegewezen en 50% verhoging voor ontbreken naamsvermelding.

 

IEPT20221125, HR, KPN v High Point

Vernietiging EP 772 B1 in de ruime vorm bevat geen inhoudelijk beoordeling geldigheid EP 772 B3 in beperkte vorm. Daarom kan – zoals is overwogen in rov. 3.5.2 van het arrest van de Hoge Raad van 14 februari 2020 – High Point de geldigheid van EP 772 B3 in een nieuwe procedure in beginsel alsnog aan een inhoudelijke beoordeling onderwerpen. Centrale beperking heeft plaatsgevonden gedurende de eerdere procedure en dus voordat het vonnis van 15 september 2010 in kracht van gewijsde is gegaan. Als gevolg van de door het EOB toegestane centrale beperking is niet een ander octrooi ontstaan, maar is de beschermingsomvang van het oorspronkelijk verleende octrooi (EP 772 B1) met terugwerkende kracht beperkt en wordt ingevolge art. 68 EOV het octrooi van aanvang af geacht de beperkte omvang te hebben. Door de bekrachtiging van de vernietiging van EP 772 B1 op de hiervoor vermelde gronden door het gerechtshof Den Haag, is dus niet het octrooi in beperkte vorm (EP 772 B3) getroffen.

 

IEPT20221124, Rb Amsterdam, Picnic
Portretrecht. Ondertekende quit claim voor fotoshoot van een runner+ voorzag niet in grootschalige campagne zoals door Picnic uitgevoerd. Immateriële schadevergoeding €10.000.

 

IEPT20221123, Rb Den Haag, Sandoz v Astellas Pharma
VRO-procedure. Octrooi voor geneesmiddel mirabegron voor behandeling van overactie blaas. Geen aanwijzing in stand van techniek dat mirabegron in staat was tot zeer sterke relaxatie van detrusor. In octrooi is 94% relaxatie aangetoond. Vorderingen vernietiging octrooi en ABC afgewezen.

 

 

IEPT20221122, Hof Amsterdam, EMI

Afrekening tussen muziekuitgever en zanger/tekstschrijver The Cats: subuitgave van werk appellant in buitenland en betalingen aan buitenlandse betrokkenen komen in zoverre ten laste van het uitgeversdeel, dat aan appellant in elk geval 50% toekomt,vanaf 1 juni 2005 had appellant ook het Nederlandse uitgavedeel moeten ontvangen.


IEPT20221118, Rb Amsterdam, Taxeco v NRC
NRC hoeft een artikel over twee fiscaal/juridisch adviseurs en hun onderneming niet te rectificeren. NRC publiceert een artikel over een adviseur in mediagenieke zaken die nu zelf wordt vervolgd. Het artikel gaat over activiteiten van eisers, die als adviseurs/belangenbehartigers betrokken zijn bij kwesties die in de maatschappelijke belangstelling staan, zoals MeToo-achtige beschuldigingen aan het adres van prominente personen. Eisers zijn publieke figuren en worden negatief afgeschilderd, nu beschuldigingen volgende steun vinden in feiten is dat niet onrechtmatig. Er is wederhoor toegepast, maar daarop is niet ingegaan. Dat NRC niet de uitkomst van een kort geding heeft afgewacht voor publicatie, maar is daartoe ook niet gehouden. 

 

IEPT20221118, HR, Springfield

Onbegrijpelijk oordeel van het hof dat [advocaat B1] [advocaat A] van valsheid van geschrifte beschuldigt: het gaat om uitlatingen in een reeks van aan [advocaat B2] doorgestuurde berichten van een derde. Hof heeft onvoldoende kenbaar in zijn beoordeling betrokken dat de uitlatingen extra aanwijzing waren dat de geldleningsovereenkomst mogelijk vals was en dat de uitlatingen naar voren zijn gebracht in verband met een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor.

 

IEPT20221117, HvJEU, Impexeco en PI Pharma v Novartis
Merkinbreuk en ompakken van generiek geneesmiddel in buitenverpakking met merk referentiegeneesmiddel door parallelimporteur? Ompakken geneesmiddelen. De houder van het merk van een referentiegeneesmiddel en van het merk van een generiek geneesmiddel kan zich ertegen verzetten dat een parallelimporteur dit uit een lidstaat ingevoerd generiek geneesmiddel verhandelt in een andere lidstaat wanneer dat geneesmiddel is omgepakt in een nieuwe buitenverpakking waarop het merk van het overeenkomstige referentiegeneesmiddel is aangebracht, tenzij, ten eerste, de twee geneesmiddelen volstrekt identiek zijn en, ten tweede, de vervanging van het merk voldoet aan de voorwaarden die zijn geformuleerd in punt 79 van het arrest van 11 juli 1996, Bristol-Myers Squibb e.a. (C‑427/93, C‑429/93 en C‑436/93, EU:C:1996:282), in punt 32 van het arrest van 26 april 2007, Boehringer Ingelheim e.a. (C‑348/04, EU:C:2007:249), en in punt 28 van het arrest van 17 mei 2018, Junek Europ-Vertrieb (C‑642/16, EU:C:2018:322).

 

IEPT20221117, HvJEU, Novartis v Abacus

Gerechtvaardigd ompakken ingeval zichtbare sporen van opening buitenverpakking in lidstaat van invoer weerstand oproepen en effectieve marktoegang belemmeren. De houder van een Uniemerk heeft niet het recht om zich ertegen te verzetten dat een parallelimporteur een geneesmiddel verhandelt dat is omgepakt in een nieuwe buitenverpakking waarop dat merk is aangebracht wanneer het vervangen van het middel tegen knoeien van de oorspronkelijke buitenverpakking van dat geneesmiddel overeenkomstig artikel 47 bis, lid 1, van richtlijn 2001/83 zichtbare sporen van opening op die verpakking achterlaat en die sporen op de markt van de lidstaat van invoer of op een belangrijk deel daarvan bij een beduidend percentage van de consumenten een dermate grote weerstand tegen de aldus omgepakte geneesmiddelen oproepen dat de effectieve toegang tot die markt wordt belemmerd, hetgeen per geval moet worden vastgesteld.

 

IEPT20221117, HvJEU, Harman v AB
Het Unierecht verzet zich niet tegen een rechterlijke praktijk die erin bestaat het dictum van de beslissing waarbij een inbreukvordering op een Uniemerk wordt toegewezen op te stellen in algemene bewoordingen die, wegens het algemene karakter ervan, het aan de voor de tenuitvoerlegging van deze beslissing bevoegde autoriteit overlaten om te bepalen op welke waren deze beslissing van toepassing is, voor zover de verweerder in het kader van de tenuitvoerleggingsprocedure de vaststelling van de waren waarop deze procedure betrekking heeft, kan betwisten en een rechter met inachtneming van de bepalingen van de Handhavingsrichtlijn [richtlijn 2004/48] kan nagaan en oordelen welke waren daadwerkelijk door de merkhouder of met diens toestemming in de EER in de handel zijn gebracht.

 

IEPT20221116, Rb Amsterdam, RISP v Avodah

Geheimhoudingsbedingen. Vordering verbod om met journalisten te spreken afgewezen. Partijen hebben al concrete afspraken gemaakt over verplichting geheimhouding tot concreet bepaalde vertrouwelijke informatie.

 

IEPT20221116, Rb Limburg, Witran v Terhagen
Na einde franchiseovereenkomst is Witran doorgegaan met het gebruik van de formule. Met de toevoeging 'Limburg' wordt geen betekenisvol onderscheid aangebracht aan goedkoopeenbusjehuren.nl. Staking bevolen.

 

IEPT20221115, Hof Den Haag, Pharmathen Global v Novartis

Procesrecht. Spoedeisend belang. Waarheidsplicht en niet-ontvankelijkheid. Het hof is het met Pharmathen Global eens dat Novartis daarmee artikel 21 Rv heeft geschonden. Het hof deelt echter het oordeel van de voorzieningenrechter dat niet-ontvankelijkverklaring van Novartis een te vergaande sanctie zou zijn op die schending. Bevel aan Pharmaton Global om Griekse dochter te instrueren inbreuk te staken schendt regel dat een tweede procedure niet gebruikt kan worden als verkapt hoger beroep, wat zich ook kan voordoen als de tweede rechterlijke beslissing zich richt tegen een andere partij dan de eerste beslissing, maar feitelijk tot gevolg heeft dat de werking van de eerste rechterlijke beslissing opzij wordt gezet. Octrooi-inbreuk door moedervennootschap wegens feitelijk leiding of uitvoering geven aan inbreukmakende handelingen. Novartis heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat Pharmathen Global niet slechts de moedervennootschap is van Pharmathen Griekenland, maar feitelijk leiding of uitvoering geeft aan voorbehouden handelingen met betrekking tot de LAR-producten. Beschermingsomvang octrooi volgens twee-stappen benadering. Geen letterlijke inbreuk van het conclusie-element “een lineair PLG”: het al dan niet lineaire karakter van het PLG moet worden bepaald aan de hand van de in het kader van de productie van het PLG gebruikte initiator en meer in het bijzonder dat de gemiddelde vakpersoon op de prioriteitsdatum PLG gemaakt met glucose als initiator zou kwalificeren als ster PLG in plaats van lineair PLG in de zin van EP 519. Inbreuk door equivalentie van Purasorb en een lineair PLG.

 

IEPT20221117, HvJEU, Harman v AB
Het Unierecht verzet zich niet tegen een rechterlijke praktijk die erin bestaat het dictum van de beslissing waarbij een inbreukvordering op een Uniemerk wordt toegewezen op te stellen in algemene bewoordingen. Mits de verweerder beschikt over daadwerkelijke rechtsbescherming van de rechten waar hij krachtens de artikelen 34 en 36 VWEU en artikel 15, lid 1, van verordening 2017/1001 aanspraak op maakt. 

 

IEPT20221111, HR, Diesel v Calvin Klein

De Hoge Raad verwerpt het beroep (artikel 81 RO): de Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom de klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest.

 

IEPT20221110, Rb Rotterdam, Waterpas Civiel Adviesbureau v gedaagde
Werkgever eist boetes wegens schending concurrentiebeding, relatiebeding en geheimhoudingsbeding. Hooguit sprake van één schending, tenzij werknemer kan bewijzen dat werkgever hem toestemming heeft gegeven. Bewijsopdracht.

 

IEPT20221109, Rb Limburg, Autobekrassing
Rectificatie. Vordering tot rectificatie van onrechtmatige beschuldigingen van vernieling ondersteund met onduidelijke camerabeelden op plaatselijke sociale media en facebook toegewezen.

IEPT20221104, Rb Rotterdam, The Adventure Book
Mogelijk inbreuk op reisdagboek(enconcept) waarbij eiser een pagina per land aanbiedt en gedaagde een op Noord-Ierland gericht reisdagboek aanbiedt. Nederlandse rechter onbevoegd omdat schade zich niet in Nederland voordoet.

 

IEPT20221102, Rb Den Haag, Casa cs v Interstyle

Merkenrecht. CASA is een dienstmerk: CASA kan als ongeregistreerd ouder dienstmerk tegengeworpen worden aan een jonger recht (protocol 1983 wijziging BNL merkenwet). CASA onderscheidend vermogen: het onderscheidend vermogen ontbreekt alleen voor het Spaanse, Italiaanse en Portugese deel van de Europese markt. Definitie 'huis' afgeleid van Casa, is niet beschrijvend voor het assortiment van Casa. Geen inbreuk sub b, c en d op de merkenrechten Casa door Interstyle door gebruik teken CASA (WONEN) BVIE: sub b en c: onvoldoende verband tussen het teken en de waren die Interstyle in de handel brengt of diensten die zij vericht. Sub d: onvoldoende onderbouwd dat inderdaad sprake is van enig ongerechtvaardigd voordeel trekken uit. Handelsnaamrecht. Handelsnaaminbreuk Interstyle: gelijkende handelsnaam voor gelijke waren en diensten. Verawrring doet zich daadwerkelijk voor. Geen overdracht domeinnamen: juridische grondslag ontbreekt.