Artikel 40

Print this page

  weegschaal.png

 

Een voorzitter zit een kamer van beroep voor en heeft de volgende taken:
a) aanwijzing van een lid van de kamer van beroep, of van hemzelf of haarzelf, als rapporteur voor elke zaak die aan die kamer van beroep is toegewezen overeenkomstig artikel 35, lid 2;
b) aanwijzing namens de kamer van beroep van de rapporteur als enig lid overeenkomstig artikel 165, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1001;
c) verzoeken aan de kamer van beroep om te beslissen over de ontvankelijkheid van het beroep overeenkomstig artikel 23, lid 2, van deze verordening;
d) leiding geven aan het voorbereidend onderzoek van de zaak door de rapporteur, overeenkomstig artikel 41 van deze verordening;
e) voorzitten van de mondelinge behandeling en de bewijsvoering en ondertekenen van het desbetreffende proces-verbaal.