Artikel 19

Print this page

  weegschaal.png

 

1.   Wanneer het Bureau vaststelt dat de aanvraag niet aan de leden 2, 3 en 4 van dit artikel of artikel 16 van deze verordening voldoet, handelt het overeenkomstig artikel 17, lid 2, maar verzoekt het de aanvrager, binnen de termijn die het bepaalt, de vastgestelde gebreken te verhelpen. Wanneer deze gebreken niet tijdig worden verholpen, wijst het Bureau overeenkomstig artikel 61, lid 1, onder a), van de basisverordening de aanvraag onverwijld af.

2.   De aanvraag moet de volgende nadere gegevens bevatten:

a) de nationaliteit van de aanvrager, indien hij een natuurlijke persoon is, zijn aanduiding als partij in de procedure overeenkomstig artikel 2 van deze verordening en, indien hij niet de kweker is, de naam en het adres van de kweker;

b) de Latijnse naam van het geslacht, de soort of de ondersoort, waartoe het ras behoort, en de gewone naam;

c) de vermelding van in het bijzonder die uitingsvormen van de eigenschappen van het ras waardoor dit naar het oordeel van de aanvrager duidelijk van andere rassen te onderscheiden is; facultatief, de vermelding van deze andere rassen als referentierassen voor testdoeleinden;

d) gegevens betreffende de kweek, instandhouding en vermeerdering van het ras; deze gegevens moeten in het bijzonder informatie omvatten betreffende:

-de eigenschappen, de rasbenaming of, bij gebreke hiervan, de voorlopige omschrijving en de teelt van een ander ras of andere rassen, wanneer materiaal daarvan bij herhaling moet worden gebruikt voor de voortbrenging van het ras, of;  

de eigenschappen die genetisch gemodificeerd zijn, wanneer het ras een genetisch gemodificeerd organisme is in de zin van artikel 2, punt 2, van Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (4);

e) het gebied en het land, waar het ras is gekweekt of ontdekt en ontwikkeld;

f) de datum en het land van een eventuele eerste afstand van componenten of oogstmateriaal van het ras voor het beoordelen van de nieuwheid overeenkomstig artikel 10 van de basisverordening of, wanneer nog geen afstand heeft plaatsgevonden, een verklaring in die zin;

g) de aanduiding van de instanties waarbij aanvragen als bedoeld in artikel 18, lid 3, van deze verordening zijn ingediend, en de dossiernummers van die aanvragen;

h) gegevens betreffende eventuele bestaande nationale kwekersrechten of octrooien voor het ras in de Gemeenschap.

3.   Het Bureau kan verzoeken dat binnen de termijn die het vaststelt, alle vereiste gegevens en bescheiden alsook, indien nodig, voldoende tekeningen of foto's ter uitvoering van het technische onderzoek worden verstrekt.

4.   Wanneer het ras een genetisch gemodificeerd organisme is in de zin van artikel 2, lid 2, van Richtlijn 2001/18/EG, verzoekt het Bureau de aanvrager om overlegging van een afschrift van de schriftelijke toestemming van de bevoegde instanties waaruit blijkt dat een technisch onderzoek van het ras overeenkomstig de artikelen 55 en 56 van de basisverordening volgens de bepalingen van die richtlijn geen risico's voor het milieu inhoudt.