December 2022

Print this page

IEPT20221229, Rb Rotterdam, Kerkmusicus v. Emeritus predikant
Eerder liet de kantonrechter (IEPT20221006) eiser toe tot bewijs van feiten en omstandigheden dat het gedaagde was die het Liedboek heeft geüpload. In dit eindvonnis slaagt eiser in het bewijs dat gedaagde het boek waarschijnlijk onbewust heeft geüpload naar Scribd. Schadevergoeding wordt ex artikel 6:109 BW gematigd vanwege de gegeven omstandigheden die ook volgen uit het deskundigenrapport. Advocaatkosten vanwege de billijkheid niet volledig toegewezen, maar op basis 20%.

 

IEPT20221228, Rb Amsterdam, Geen ex parte voor choreografie
Geen ex parte toewijzing volgens artikel 1019e Rv. Niet valt in te zien dat het uitstel dat gemoeid is met een spoed kort geding voor verzoekers onherstelbare schade zal veroorzaken, dan wel om andere redenen zo spoedeisend is, dat inbreuk op het fundamentele beginsel van hoor en wederhoor is gerechtvaardigd. Alternatief spoed-kortgeding kan bij de rechtbank Amsterdam doorgaans op zeer korte termijn verkregen worden.

 

IEPT20221228, Rb Den Haag, I4F v Reflin

3L Triplelock-merken geldig: het 3L Triplelock-Uniemerk is niet vervallen op grond van non usus voor de in 4.11 beschreven waren, en het Beneluxmerk is niet te kwader trouw gedeponeerd, en  Benelux-woordmerk is niet uitsluitend beschrijvend voor kenmerken van waren. Reflin maakt met 3G Triplelock-merk inbreuk op merkenrechten I4Fop 3L Triplelock: mate van overeenstemming wordt onvoldoende gecompenseerd door de verschillen tussen de 3L en de 3G merken.

 

IEPT20221223, Rb Den Haag, PDA v ABI

PDA is octrooihouder: uit de door PDA overgelegde overenkomst (EP18) valt af te leiden dat het octrooi aan PDA is overgedragen. Volgens de gemiddelde vakpersoon zal het vat in kenmerk 1.7 slechts een richting aanduiden: de gemiddelde vakpersoon zal, tegen die achtergrond, conclusie 1 dan ook zo opvatten dat de zinsnede[s] 'when the one end of the cartridge unit (1) is (not) inserted in(to) the container' betrekking hebben op de installatie van de cartridge unit in het beverage dispensing part waarbij deze richting, waar het vat/fust zich bij ingebruikname bevindt, wordt op bewogen. Er is sprake van een letterlijke inbreuk van ABI op conclusie 1 van EP 693: het beverage dispensing part van de PerfectDraft Pro bevat een installation means die voldoet aan deze (letterlijke) uitleg van de conclusie (kenmerk 1.7). Tevens is sprake van equivalentie: PerfectDraft Pro is technisch equivalent aan die van conclusie 1 (kenmerk 1.7). Ook is passend om bij de beschermingsomvang van het octrooi rekening te houden met equivalenten, rechtszekerheid voor derden doet hier onvoldoende aan af. Daarbij is de equivalente variant nieuw en inventief. Er is geen gerede kans dat het octrooi EP 693 in bodemprocedure nietig wordt bevonden: conclusie 1 is nieuw, conclusies 1 en 2 zijn inventief en EP 693 is nawerkbaar. Geen ontlening aan hetgeen in opdracht van rechtsvoorgangers van ABI is ontwikkeld: vermeend uitvinder [H] gaf voorkeur aan andere oplossing dan de in EP 693 geclaimde uitvinding. 

 

IEPT20221223, HR, Dagelijks Leven v Sena en Buma
Geen publiek onder de-minimisdrempel. Geen van een onjuiste rechtsopvatting getuigend kennelijk oordeel van het hof dat per zorglocatie niet kan worden gezegd dat sprake is van een te klein of onbeduidend aantal personen. Vastgesteld dat het hier een wisselend publiek betreft van gemiddeld twintig bewoners met hun visite, meestal vrienden en familieleden, en het personeel van Dagelijks Leven, waaronder externe zorgverleners en vrijwilligers, verdeeld over twee huiskamers. 
 

IEPT20221223, HR, Digital Revolution v Samsung
Modelrecht. De Hoge Raad ziet geen aanleiding prejudiciële vragen te stellen aan het HvJEU – technisch effect. Het oordeel van het hof dat erop berust dat de technische functie van het besparen van materiaal onder behoud van de constructiestijfheid, de enige factor is waarom de ontwerper voor de ribbels en rasters heeft gekozen, strookt met de uitleg die het HvJEU in het Doceram-arrest heeft gegeven aan de Gemeenschapsmodellenverordening. Octrooirecht. De Hoge Raad verwerpt het beroep op grond van art. 81 R.O.

 

IEPT20221223, HR, Sporttrading v Converse

Geen omkering bewijslast: de verwijzing in de bijzondere bewijsregel uit het arrest Van Doren/Lifestyle naar een exclusief distributiesysteem brengt niet mee dat in het geval dat de merkhouder zijn waren binnen de EER in de handel brengt door middel van een exclusief distributiesysteem, steeds een reëel gevaar bestaat dat de nationale markten worden afgeschermd. Het hof heeft miskend dat de veroordeling van twee of meer partijen tot betaling van de proceskosten hoofdelijk is: zonder voldoende motivering valt niet in te zien waarom de omstandigheid dat Converse c.s. de procedure tegen Sporttrading c.s. bij één dagvaarding zijn begonnen en dat Sporttrading c.s. gezamenlijk verweer hebben gevoerd, een afwijking van het genoemde uitgangspunt kan rechtvaardigen. De overige klachten van het middel kunnen niet tot cassatie leiden: geen nadere motivatie door de Hoge Raad vereist. Curator wordt verwezen in de proceskosten: de hoogte van het bedrag zal dienovereenkomstig de Indicatietarieven worden beslist.

 

IEPT20221223, Rb Amsterdam, ETP v gedaagden
Proceskostengeschil. Verrekening. Gesloten stelsel van rechtsmiddelen.

 

IEPT20221222, HvJEU, Louboutin v Amazon

Inbreukmakend gebruik van een merk (artikel 9(2)(a) Uniemerkenverordening). De beheerder van een website voor onlineverkoop die naast zijn eigen verkoopaanbiedingen ook een onlinemarktplaats omvat, kan worden geacht zelf gebruik te maken van een Uniemerk wanneer derde verkopers op die marktplaats zonder toestemming van de houder van dat merk dergelijke van dat teken voorziene waren te koop aanbieden, indien een normaal geïnformeerde en redelijk oplettende gebruiker van die website een verband legt tussen de diensten van die beheerder en het betrokken teken, hetgeen met name het geval is wanneer die gebruiker, gelet op alle elementen die de betrokken situatie kenmerken, de indruk kan krijgen dat de beheerder zelf in eigen naam en voor eigen rekening de van dat teken voorziene waren in de handel brengt.

 

IEPT20221222, HvJEU, Euroaptieka
De Letse wetgeving die reclame voor geneesmiddelen op basis van prijzen, speciale aanbiedingen of gecombineerde verkoop van geneesmiddelen met andere producten verbiedt, is verenigbaar met het Unierecht. Dergelijke reclame stimuleert het irrationele gebruik van geneesmiddelen en moet door de lidstaten worden verboden.

 

IEPT20221221, Rb Amsterdam, PRA v DiaMedica
Samenwerking van partijen in uitvoer van klinisch onderzoek naar synthetisch eiwit. PRA geeft geen definitief rapport, waardoor DiaMedica schade leidt. Voorzieningenrechter onvoldoende ingelegd dat de overeenkomst wordt beheerst door New Yorksrecht. Niet toegelicht dat er een vordering is. Belangenafweging: Opheffing conservatoir derdenbeslag opgeheven in verband met de summierlijke ondeugdelijkheid van de vordering. Bewijsbeslag wordt niet opgeheven, daar heeft PRA geen nadeel of schade van.

 

IEPT20221221, Rb Gelderland, Arrow v A3 Company
Doorontwikkeling van derde softwareproduct 'A3 check up' werkt dat aanvullend, is geen slaafse nabootsing. Partijen wisten dat A3 online de uitwerking was van A3 digitaal en dat er aanvullende diensten werden uitgevoerd. Voldoende weersproken dat er sprake is van ontwikkeling vanaf de grond. Geen slaafse nabootsing.

 

IEPT20221216, Rb Rotterdam, Infra Verkeersdiensten v JK-logo

Niet aannemelijk dat [eiser01] is aan te merken als de maker van het B-logo en het D-logo: niet is gebleken dat auteursrecht via daartoe bestemde akte is overdragen. Onvoldoende overeenstemming tussen JK-logo en D- en B-logo voor verwarringsgevaar: JK-logo wijkt voldoende af: vinkje bevat geen schaduwtinten, letters ‘JK’ in het geel tussen het vinkje geplaatst. Beroep op slaafse nabootsing slaagt niet: [eisers] hebben niet gesteld en bewezen dat de logo’s een eigen gezicht op de markt hebben.

 

IEPT20221215, BenGH, Arseni v Swinkels Family Brewers

Toegewezen oppositie houdt stand. Verwarringsgewaar aangenomen; er wordt niet betwist dat de tekens voor een deel van het relevatne publiek begripsmatig, visueel en auditief overeenstemmen. Het Bureau heeft terecht aangenomen dat er enig emate van overeenstemming is tussen de betrokken waren. 

 

IEPT20221214, Rb Rotterdam, Hibaby v Interchild

Merkenrecht. Merkregistratie te kwader trouw. Er moet niet alleen worden gekeken naar het aanvangstijdstip waarop de voor-voorgebruiker met het gebruik begon, maar ook naar de omvang en bekendheid van dat gebruik en het voorgebruik. Nu eigen medewerkers het merk niet eens kende, is er sprake van onbekend voorgebruik, dus merkregistratie is om zo op oneerlijke wijze afbreuk te doen aan de belangen van haar jonge concurrent.

 

IEPT20221213, Hof Amsterdam, Roddelpraat

Inbreuk op auteursrechten [A] op diss track door uitzending daarvan door Roddelpraat. Geen uitputting van uitzendrechten. Geen rechtsgeldig citaat (artikel 15a Aw). De diss track is volledig uitgezonden door Roddelpraat, onvoldoende toegelicht waarom dit noodzakelijk zou zijn. Geen gerechtvaardigd beroep op korte weergave van actuele gebeurtenis (artikel 16a Aw). Gebeurtenis was wel actueel, maar rechtvaardigde niet om de diss track in zijn geheel uit te zenden terwijl die geen feitelijke informatie bevatte over het genoemde gedrag. Geen parodie (artikel 18b Aw). Dat [appellant sub 1] en [appellant sub 2] grappen maken en lachen en zich onverbloemd uitdrukken maakt de uitzending nog geen parodie. Recht op privacy van [A] prevaleert boven vrijheid van meningsuiting van Roddelpraat. Het gaat louter om speculatie en niet om een feit dat wordt bevestigd. Dat [A] nadeel zou ondervinden van de uitzending is voorzienbaar.

 

IEPT20221212, Rb Noord-Holland, Locus tegen Hai Robotics
Informatie die HAI heeft verkregen van ex-werknemer van Locus kwalificeert niet als bedrijfsgeheim. Dat het met informatie uit haar systeem overeenkomt, maar dat de informatie komt uit (semi-)openbare bronnen, heeft niet te gelden als geheime informatie van Locus. Vorderingen afgewzen.

 

IEPT20221208, Rb Den Haag, Wob-verzoek WPT
Het College heeft verzoek van eiseres om openbaarmaking van documenten over subsidieaanvragen van WPT deels toegewezen. Terecht heeft het College dit geweigerd: In de documentatie is de andere informatie daarmee zodanig verweven dat het niet mogelijk is de vertrouwelijke overgelegde bedrijfs- en fabricagegegevens te scheiden van de overige inhoud. Dit is een absolute weigeringsgrond, zonder belangenafweging. Een vermeende octrooiinbreuk kan het college niet laten meewegen.