2022 Rb Den Haag

Print this page

IEPT20221031, Rb Den Haag, HE Licenties v Jovaplant

Octrooien en eiser als exclusief sub-licentienemer van deze Octrooien rechtmatig: vonnis incident rechtbank is een voorlopig oordeel (IEPT20220727). Vordering tot opheffing conservatoire beslagen Jovaplant  toegewezen: vanwege rechtsgeldigheid Octrooien is het onduidelijk of Jovaplant gerechtigd is om de nietigheid dan wel de buitengerechtelijke vernietiging in te roepen van de met eiser gesloten licentieovereenkomst en in het verlengde daarvan aanspraak kan maken op terugbetaling van de door haar betaalde licentievergoedingen. Hoewel niet kan worden uitgesloten dat Jovaplant op enig moment een vorderingsrecht kan doen gelden, is het bestaan hiervan vooralsnog zo onzeker dat conservatoire maatregelen te voorbarig zijn.

 

IEPT20221228, Rb Den Haag, I4F v Reflin

3L Triplelock-merken geldig: het 3L Triplelock-Uniemerk is niet vervallen op grond van non usus voor de in 4.11 beschreven waren, en het Beneluxmerk is niet te kwader trouw gedeponeerd, en  Benelux-woordmerk is niet uitsluitend beschrijvend voor kenmerken van waren. Reflin maakt met 3G Triplelock-merk inbreuk op merkenrechten I4Fop 3L Triplelock: mate van overeenstemming wordt onvoldoende gecompenseerd door de verschillen tussen de 3L en de 3G merken.

 

IEPT20221223, Rb Den Haag, PDA v ABI

PDA is octrooihouder: uit de door PDA overgelegde overenkomst (EP18) valt af te leiden dat het octrooi aan PDA is overgedragen. Volgens de gemiddelde vakpersoon zal het vat in kenmerk 1.7 slechts een richting aanduiden: de gemiddelde vakpersoon zal, tegen die achtergrond, conclusie 1 dan ook zo opvatten dat de zinsnede[s] 'when the one end of the cartridge unit (1) is (not) inserted in(to) the container' betrekking hebben op de installatie van de cartridge unit in het beverage dispensing part waarbij deze richting, waar het vat/fust zich bij ingebruikname bevindt, wordt op bewogen. Er is sprake van een letterlijke inbreuk van ABI op conclusie 1 van EP 693: het beverage dispensing part van de PerfectDraft Pro bevat een installation means die voldoet aan deze (letterlijke) uitleg van de conclusie (kenmerk 1.7). Tevens is sprake van equivalentie: PerfectDraft Pro is technisch equivalent aan die van conclusie 1 (kenmerk 1.7). Ook is passend om bij de beschermingsomvang van het octrooi rekening te houden met equivalenten, rechtszekerheid voor derden doet hier onvoldoende aan af. Daarbij is de equivalente variant nieuw en inventief. Er is geen gerede kans dat het octrooi EP 693 in bodemprocedure nietig wordt bevonden: conclusie 1 is nieuw, conclusies 1 en 2 zijn inventief en EP 693 is nawerkbaar. Geen ontlening aan hetgeen in opdracht van rechtsvoorgangers van ABI is ontwikkeld: vermeend uitvinder [H] gaf voorkeur aan andere oplossing dan de in EP 693 geclaimde uitvinding. 

 

IEPT20221208, Rb Den Haag, Wob-verzoek WPT
Het College heeft verzoek van eiseres om openbaarmaking van documenten over subsidieaanvragen van WPT deels toegewezen. Terecht heeft het College dit geweigerd: In de documentatie is de andere informatie daarmee zodanig verweven dat het niet mogelijk is de vertrouwelijke overgelegde bedrijfs- en fabricagegegevens te scheiden van de overige inhoud. Dit is een absolute weigeringsgrond, zonder belangenafweging. Een vermeende octrooiinbreuk kan het college niet laten meewegen.

 

IEPT20221130, Rb Den Haag, Abbott v HTG

Inbreuk op de Abbott Uniemerken door herverparkte teststrips FreeStyle te verhandelen in de EU (art. 9 lid 2 sub a UMVo). Kamstra heeft de Freestyle test strips in nagemaakte Amerikaanse verpakkingen verhandeld in de EU , nu zij deze heeft gekocht en in Nederland geleverd heeft gekregen van Prämie. Geen uitputting - gegronde reden om zich te verzetten tegen verdere verhandeling. De Freestyle test strips zijn zonder toestemming van Abbott c.s. herverpakt in nagemaakte Amerikaanse verpakkingen. Daardoor is de toestand van de waren gewijzigd, in het bijzonder ook doordat het lotnummer en uiterste houdbaarheidsdatum niet langer juist waren en daar voor Abbott c.s. potentieel hoge aansprakelijkheidsrisico’s mee samenhangen. Abbott c.s. heeft daarom een gegronde reden om zich te verzetten tegen verdere verhandeling in de zin van artikel 15 lid 2 UMVo. Gevorderd voorschot van € 180.000 op schadevergoeding en winstafdracht toewijsbaar. Voor toewijzing van de gevorderde winstafdracht is kwade trouw vereist. Daarvan is sprake in gevallen van moedwillig gepleegde inbreuk. Sprake van een moedwillige inbreuk waardoor niet meer in redelijkheid afgaan kon worden op de geruststellende mededelingen van Prämie. Opslag PHI geen merkgebruik in het economisch verkeer. De wijze van opslag door PHI en de wijze van het sluiten van de vervoerovereenkomst leiden niet tot merkgebruik in het economisch verkeer in de zin van art. 9 lid 2 UMVo. PHI heeft onrechtmatig gehandeld jegens Abbott c.s. door inbreuk op de Abbott Uniemerken te faciliteren. PHI moet hebben geweten dat zij met de opslag van de van Prämie afkomstige USA-Freestyle test strips, haar betrokkenheid bij de in- en uitvoer daarvan en het regelen van het vervoer naar Southeastern, inbreuk op de Abbott Uniemerken faciliteerde.

 

IEPT20221123, Rb Den Haag, Sandoz v Astellas Pharma
VRO-procedure. Octrooi voor geneesmiddel mirabegron voor behandeling van overactie blaas. Geen aanwijzing in stand van techniek dat mirabegron in staat was tot zeer sterke relaxatie van detrusor. In octrooi is 94% relaxatie aangetoond. Vorderingen vernietiging octrooi en ABC afgewezen.

 

IEPT20221102, Rb Den Haag, Casa cs v Interstyle

Merkenrecht. CASA is een dienstmerk: CASA kan als ongeregistreerd ouder dienstmerk tegengeworpen worden aan een jonger recht (protocol 1983 wijziging BNL merkenwet). CASA onderscheidend vermogen: het onderscheidend vermogen ontbreekt alleen voor het Spaanse, Italiaanse en Portugese deel van de Europese markt. Definitie 'huis' afgeleid van Casa, is niet beschrijvend voor het assortiment van Casa. Geen inbreuk sub b, c en d op de merkenrechten Casa door Interstyle door gebruik teken CASA (WONEN) BVIE: sub b en c: onvoldoende verband tussen het teken en de waren die Interstyle in de handel brengt of diensten die zij vericht. Sub d: onvoldoende onderbouwd dat inderdaad sprake is van enig ongerechtvaardigd voordeel trekken uit. Handelsnaamrecht. Handelsnaaminbreuk Interstyle: gelijkende handelsnaam voor gelijke waren en diensten. Verawrring doet zich daadwerkelijk voor. Geen overdracht domeinnamen: juridische grondslag ontbreekt.
 


IEPT20221031, Rb Den Haag, De V.O.F. v gedaagde
Partijen komen in intentieverklaring overeen dat Software door gedaagde in licentie is gegeven. De overdracht broncode en mededeling zelf software te kunnen aanpassen, betekent niet dat auteursrecht is overgedragen. 
 

IEPT20221026, Rb Den Haag, MGK Dental Clinic v Tandartspraktijk 't Centrum

MGK heeft handelsnaamrecht op ‘Tandheelkundig Centrum Pijnacker’: MGK heeft rechtscheppend gebruik gemaakt van de handelsnaam door paginagroot bericht waarin de handelsnaam aan het publiek wordt gepresenteerd. Verbod afgewezen, [gedaagde] maakt geen gebruik van handelsnaam in de zin van de Hnw: enkele registratie geldt niet als gebruik. Geen verwarringsgevaar ‘Tandheelkundig Centrum Pijnacker’ en ‘Tandartspraktijk ’t Centrum’: variatie op ‘Tandartspraktijk ’t Centrum’ voldoende.

 

IEPT20221026 Rb Den Haag Thuiskopie v SES

Refurbishment kan worden aangemerkt als fabricage (art. 16c Aw), maar SES voert dergelijke werkzaamheden niet uit; door Thuiskopie onvoldoende gemotiveerd dat van uitgebreide opbouw van apparatuur sprake is. Opgaveplicht geïmporteerde voorwerpen voor SES; SES kan worden aangemerkt als importeur in de zin van artikel 16c lid 2 Aw en 3 Avv. SES gehouden thuiskopieheffing te betalen over bij Nederlandse leveranciers ingekochte voorwerpen art 16ga Aw, wanneer zij niet kan bewijzen dat door importeur of fabrikant al is betaald; ketenaansprakelijkheid leidt niet tot dubbele heffingen.

 

IEPT20221021, Rb Den Haag, Djoko v J.K.

Inbreuk (sub b) op Uniemerk William Djoko en teken Djoko. Grote mate van visuele, auditieve en begripsmatige overeenstemming. Het gaat hier om een eigen naam waarvan het relevante publiek begrijpt dat ‘William’ een voornaam is en ‘Djoko’ de achternaam. Verwarringsgevaar aangenomen. Het Uniemerk heeft naar voorlopig oordeel een groot onderscheidend vermogen waarbij van belang is dat het Uniemerk geen beschrijvende onderdelen bevat. Spoedeisend belang ondanks bekendheid sinds eind 2017: De gestelde inbreuk duurt voort en leidt in toenemende mate tot verwarring, niet meer alleen online, maar nu ook offline. Uniemerk Djoko niet te kwader trouw gedeponeerd. Djoko heeft oudere rechten. Tussen partijen is niet in geschil dat Djoko vanaf in ieder geval begin februari 2007 heeft opgetreden als DJ onder de handelsnaam ‘William Kouam Djoko’, waarbij hij in de loop van de tijd steeds vaker, en vanaf eind 2016 consequent, zijn middelste naam weg heeft gelaten en de handelsnaam ‘William Djoko’ is gaan hanteren . 

 

IEPT20221019, Rb Den Haag, Hauschild v FlackTek
Bevoegdheidsincidenten afgewezen op grond van 125 lid 5 UMVo is de rechtbank merkenrechtelijk bevoegd. Op Grond van 6 lid 1 Brussel Ibis jo. & lid Rv is de rechtbank - beperkt tot het grondgebied van Nederland handelsnaamrechtelijk bevoegd. Terecht incident voor het oproepen in vrijwaring voor oproep mede-gedaagde uit de VS.
 

IEPT20221019, Rb Den Haag, Puma v Brooks

“Nitro” niet gebruikt als herkomstaanduiding, maar als aanduiding voor de stikstof in de zolen van haar schoenen en het proces van stikstof-infusie.
 

 

IEPT20221019, Rb Den Haag, MB Trading v De Ridder

Sprake van merkenrechtinbreuk door de Ridder op merkenrechten MB Trading, na ontbinden overeenkomst. Geen sprake van mede-eigendom.  Geen uitputting.Geen rechtsverwerking. Geen afdracht netto winst. Geen sprake van bewust inbreukmakend handelen door de Ridder.

 

IEPT20221019, Rb Den Haag, Bokmerk v echtpaar

Bokmerk niet-ontvankelijk in haar vorderingen jegens [gedaagde 3]: bewindvoerder van [gedaagde 3] had als formele procespartij in de procedure betrokken moeten worden. Geen schending contractuele verplichtingen [gedaagde 1 en 2]: [gedaagde 2] geen contractspartij bij Licentieovereenkomst en vaststellingsovereenkomst. Geen slaafse nabootsing: gebruik van twee ophangogen is technisch bepaald. Geen sprake van schending bedrijfsgeheimen: openbaar toegankelijke informatie heeft geen vertrouwelijk karakter. Geen inbreuk op handelsnaam- of merkrecht: niet vast te stellen dat het echtpaar/één van beide echtgenoten de verweten handelingen heeft verricht. Geen inbreuk op auteursrechten: Bokmerk heeft haar stellingen onvoldoende concreet onderbouwd. Geen negatieve uitlatingen over Bokmerk: onvoldoende steun in de door Bokmerk overgelegde e-mails. 

 

IEPT20221012, Rb Den Haag, Google v Sonos

Sonos maakt geen inbreuk op EP 491 omdat de Sonos Search Function, en daarmee de Sonos-app, geen notification (“mededeling”) voortbrengt als bedoeld in conclusie 1, 7 en 12 van het octrooi: ziet uitsluitend op asynchrone mededelingen. 

 

IEPT20221012, Rb Den Haag, Puma

Handelaar maakt inbreuk op merkenrecht Puma door 8 trainingspakken waarop tekens zijn aangebracht die gelijk zijn aan de Puma-merken aan te bieden en in de handel te brengen: gedaagde onvoldoende aannemelijk gemaakt dat hij de trainingspakken niet in het economische verkeer heeft gebracht.

 

IEPT20221011, Rb Den Haag, Puma en Calvin Klein v Sporttrading
Eerdere grote partij Pumas-sokken bij Kruidvat die waren geleverd door groothandel Sporttrading. Nu ook namaak-boxershorts in Noorse winkelketen. Uit kostenoverweging is gekozen niet de volledige voorraad te inspecteren. Gedetailleerd verklaring van Stitchd dat sprake is van namaak. Afgifte van kopieën die verband houden met de handel, uitgezonderd de communicatie met advocaat.

 

IEPT20221004, Rb Den Haag, Gemeente Bodegraven-Reeuwijk v Twitter

Vorderingen Gemeente Bodegraven-Reeuwijk om het 'verhaal Bodegraven' te weren van Twitter worden afgewezen. Twitter heeft voldoende gedaan om onrechtmatige content te verwijderen. Een goed filter valt niet te maken. Zij dient wel prompt reageren op concrete verwijderingsverzoeken van de Gemeente.

 

IEPT20220907, Rb Den Haag, Orope v Nokia

De door de conclusies verkregen ordening van de rootsequenties leveren een technisch resultaat op

omdat die ordening wordt gebruikt om een technisch probleem op te lossen. Die ordening zorgt er immers voor dat – kort gezegd – met beperkte signalering het mogelijk is om een set preambles te communiceren aan de mobiele stations voor een bepaalde netwerkcel. Die ordening wordt volgens de conclusies 1 van de octrooien opgenomen in een “device”, dat evident ook een technisch karakter heeft.  Conclusies zijn nieuw omdat “according to” in de conclusies (wat betreft de ordening according to de “supported cell size” oftwel Max Ncs-waarde) uitgelegd dient te worden als “volgens”. Inventieve vinding. Naar het oordeel van de rechtbank zal de gemiddelde vakpersoon er niet toe worden gebracht om stappen 1.3.2 en 1.3.3 in die volgorde toe te passen om dat probleem op te lossen. Het octrooi bevat een inventieve stap boven de beide voorstellen van ZTE en LGE en daarmee ook boven Panasonic 1, waarin geen sprake is van sortering. Geen toegevoegde materie. Voldoende duidelijk dat de tweede uitvoeringsvorm een doorontwikkeling is van de eerste uitvoeringsvorm. Inbreukmakende verkoop in Nederland. Door immers via een […] campagne inbreukmakende producten te promoten met daarbij een knop “Koop nu” die tot een webshop leidt (zie rov. 2.2.4), biedt zij de inbreukmakende toestellen aan. Dat het uiteindelijk Oleading (of Reflection) is die de verkoop van het toestel via haar webshop verzorgt, doet hier niet aan af. De promotie campagne is voorts op Nederland gericht, niet alleen door de vermelding op /nl-pagina van de oppo.com website, maar dit blijkt ook expliciet uit de opsomming van landen onder randnummer 4 van de algemene voorwaarden wiens ingezetenen kunnen meedingen naar de prijzen.

 

IEPT20220907, Rb Den Haag, MSAR v Jetten

De verklaring voor recht dat Jetten inbreuk heeft gemaakt op de IE-rechten is te ruim geformuleerd. Toewijzen zou in strijd komen met eerder oordeel dat het vrijstaat de handelsnaam Jetten Yacht Support te voeren voor onderhoud en reparatie. De doorhaling van het Beneluxmerk Jetten is toewijsbaar. Registratie te kwader trouw. Registratie te kwader trouw is geen grond voor toewijzing van de overdracht van het merk. De bijzondere regeling van 2.20ter lid 1 sub b BVIE die aanspraak tot overdracht in zeer specifieke situaties mogelijk maakt, omvat niet het depot te kwader trouw. Reactie op persberichten in reactie op (onjuist) nieuws (IEPT20210126) waren onrechtmatig. Het is aannemelijk dat de persberichten hebben geleid tot grote onduidelijkheid in de markt over wie de naam Jetten mocht gebruiken. Schadevergoeding is toewijsbaar. De hoogte kan niet in deze procedure worden vastgesteld.

 

IEPT20220901, Rb Den Haag, O2 v Vodafone

Algemeen verbod Vodafone/Ziggo om gebruik te maken van term ‘priority’ kan niet aan O2 worden toegewezen: het woord ‘priority’ is in ieder geval deels beschrijvend. Geen sprake van een ‘teken dat gelijk is aan’ het merk van O2 Worldwide: niet gesteld of gebleken is dat Vodafone/Ziggo één van de beeldende elementen van het Uniebeeldmerk van O2 Worldwide heeft gebruikt.

 

IEPT20220831, Rb Den Haag, Graniet Import v Zembla

Zembla heeft door uitzenden van de onrechtmatige uitlatingen van oud OvJ Biezeveld onrechtmatig gehandeld tegenover GIB. Het door Zembla aan Biezeveld voorgelegde feitencomplex gaf een veel te eenzijdig beeld en Zembla heeft vervolgens Biezeveld verzocht dit feitencomplex te kwalificeren. Geen onrechtmatige daad Zembla door niet op eerste verzoek tot rectificatie over te gaan. Rechtbank ziet niet in waarom het enkele feit dat Zembla de hierboven omschreven beschuldigingen niet op eerste verzoek heeft gerectificeerd (omdat zij zich op het standpunt stelde dat zij niet onrechtmatig had gehandeld), maakt dat zij daarmee een zelfstandige onrechtmatige daad tegenover GIB heeft gepleegd. Rectificatie bevolen. Zembla dient op al haar webpagina’s over de Eerste Uitzending en in de montage van die eerste uitzending permanent een rectificatietekst te plaatsen. Overige vorderingen GIB afgewezen.

 

IEPT20220831, Rb Den Haag, Texaid v Texned

Merken TEXAID hebben onderscheidend vermogen: het merk TEXAID is een niet bestaand woord zonder zelfstandige betekenis. Texned maakt met de TEXNED tekens inbreuk op de merken van TEXAID: het Woordmerk en het Teken stemmen visueel en auditief in grote mate overeen. Verwarringsgevaar te duchten: zelfde markt en grote mate van overeenstemming tussen merk en teken.

 

IEPT20220817, Rb Den Haag, CS24 v Betty Blue

Betty Blue heeft geen gegronde reden om zicht te verzetten tegen het gebruik van haar merk Elisabetta Franchi voor uitgeputte waren (artikel 15 lid 2 UMVo), door eiser: merk wordt niet zo gebruikt dat een niet bestaande band met de merkhouder wordt gesuggereerd of dat het de reputatie van het merk ernstig schaadt. Geen inbreuk artikel 5 Hnw: eiser voert met het gebruik van domeinnaam geen handelsnaam. Eiser handelt niet anderszins onrechtmatig met het gebruik van de domeinnaam: het via de website, gekoppeld aan de domeinnaam, op rechtmatig wijze kleding van het merk verkopen, levert geen onrechtmatigheid op. Geen noodzaak om Betty Blue te veroordelen tot het intrekken van het verzoek tot wijziging domeinnaamhouder.SIDN zal niet meewerken aan een verzoek tot wijziging van de domeinnaamhouder, totdat de rechter op de vordering van de domeinnaamhouder uitspraak heeft gedaan.

 

IEPT20220813, Rb Den Haag, Historicus v Staat der Nederlanden

Databestanden over vrijgegeven en vrijgemaakte slaven niet auteursrechtelijk beschermd. Geen oorspronkelijk werk. Geen inbreuk op een eventueel aan eiser toekomende databankrecht. Zelfs als aangenomen wordt dat aan eiser een databankrecht toekomt, is onvoldoende gemotiveerd gesteld dat de Staat daarop inbreuk heeft gemaakt.

 

IEPT20220810, Rb Den Haag, Floration v RFH

Onder de beschermingsomvang van conclusie 8 (en volgende) van EP 036 van Floration valt verpakking die ethyleenregulerend is en niet enkel ethyleendoorlatend: de gemiddelde vakpersoon zal ethyleendoorlatendheid niet beschouwen als een vorm van ethyleenregulering. Royal Flora Holland maakt met haar verpakkingen voor het langdurige transport van rozen en chrysanten geen inbreuk op octrooi EP036 van Floration: gesteld noch gebleken is dat er naast maatregelen (openingen/gaatjes in de verpakking) die maken dat de verpakking zuurstof- en ethyleendoorlatend is, andere (zoals absorberende) maatregelen in/aan de verpakkingen zijn getroffen bijdragen aan de ethyleenregulatie.


IEPT20220803, Rb Den Haag, SaFirety v Fire-control

SaFirety maakt met gebruik domeinnaam <firecontrol.nl> inbreuk op domeinnaam <fire-control.nl>. Gebruik van de domeinnaam <firecontrol.nl> door SaFirety is nodeloos verwarringwekkend. Geen legitiem belang bij gebruik <firecontrol.nl>. Overdracht domeinnaam op grond van beslisisng WIPO-geschillenbeslechter. 

 

IEPT20220803, Rb Den Haag, VDC v EC

Beschermingsomvang van de gewapperde octrooien beperkt tot nihil. EC behoorde dat te weten. Dreigen met handhaven octrooirechten onrechtmatig. Brief was gericht aan ondernemers die niet juridisch geschoold zijn. VDC uit angst voor beslaglegging niet haar champignonkweekopstelling niet gepresenteerd op beurs. Potentiële klanten blijven weg bij dreigende inbreuk. Wapperverbod en rectificatie kantelbare champignonkweekopstelling. Verbod om mededelingen te doen aan afnemers van VDC c.s. met de strekking dat de kantelbare kweekstellingen van VDC c.s. inbreuk maken op octrooirechten en aanvragen daarvoor van EC c.s.

 

IEPT20220727, Rb Den Haag, HE Licenties v Orchid Gardens
Onrechtmatige handhaving voortbrengselconclusies. De voorzieningenrechter komt dan ook tot het voorlopig oordeel dat HE Licenties sinds 12 mei 2022 dient te beseffen dat er een serieuze kans is dat de voortbrengsel-conclusies of niet inventief zijn ten opzichte van NL 491 en/of NL 581 in combinatie met algemene vakkennis, of dat Orchid Gardens c.s. daarop geen inbreuk maakt omdat zij bij toepassing van stand van de techniek tot het voortbrengsel komt. Opheffing conservatoire verhaalsbeslagen. Wapperverbod. Geen inbreuk Orchid Gardens op werkwijzeconclusies van NL 904 en EP 278;  methode van NL 491 toegepast. Beschermingsomvang NL 904 en EP 278 afgestemd op eerder oordeel in bodemprocedure over beschermingsomvang NL 904.

 

IEPT20220727, Rb Den Haag, Bacardi v Loendersloot

Vermoeden dat in de decodeerfaciliteit van Pure Handling producten zijn gedecodeerd is niet ontkracht: de productie waarop Pure Handling wijst is geen volledige weergave van de arrival notice en de inspection details en in de (wel) overgelegde delen zijn allerlei gegevens weggelakt. Geen grond voor toewijzing van gevorderde opgave voor zover deze betrekking heeft op ‘door of in opdracht van gedaagden’ gedecodeerde producten: in het tussenvonnis is vastgesteld dat Pure Handling niet zelf decodeert en daar ook geen opdracht toe geeft. Stakingsbevel Loendersloot wordt aangescherpt: Loendersloot moet haar logistieke dienstverlening voor derden met betrekking tot gedecodeerde Bacardi-producten voorzien van de merken Bombay Sapphire, Bacardi, Grey Goose en Martini staken en gestaakt houden als deze producten douanestatus T2/AGD hebben of krijgen.

 

IEPT20220621, Rb Den Haag, Novartis v Mylan
Gerede kans dat EP 894 wordt vernietigd vanwege een gebrek aan inventiviteit. Vakman zou redelijke verwachting van succes hebben over de Phase III studie naar de geclaimde dosering van 0.5 mg per dag (p.o.) – geen contra-indicatie. Afstemmingsregel  niet toegepast op de beslissing van de Technische Kamer van Beroep EOB in de verleningsprocedure. De verleningsprocedure kan geenszins worden gezien als een volwaardige procedure op tegenspraak.

 

IEPT20220714, Rb Den Haag, OFM v Bestseller

OFM kan Bestseller niet verbieden om uit hoofde van het Vonnis zich te verzetten tegen ieder gebruik van het teken ONLY FOR MEN: Het verbod in het vonnis kan niet zo eng worden uitgelegd dat het enkel ziet op het aanbrengen van het verboden teken op kleding en schoenen. Geen schorsing executie Vonnis: Te executeren vonnis rust niet op een juridische of feitelije misslag en niet gebleken dat bij tenuitvoerlegging van het Vonnis bij OFM een noodtoestand zal ontstaan. OFM krijgt twee maanden extra de tijd om bedrijfsvoering aan te passen: Rekening houdend met de schaarste op de aannemingsmarkt.

 

IEPT20220713, Rb Den Haag, Moooi v Nordal en Wants & Needs

Wat betreft medegedaagde Nordal is de stakingsvordering beperkt tot Nederland. Nordal is niet in de woonplaats gedagvaard en zodoende is de grensoverschrijdende bevoegdheid niet vastgesteld.Het beroep van Nordal op de onbevoegdheid slaagt slechts voor zover de vorderingen een grensoverschrijdend karakter hebben. Wanneer bevoegdheid wordt aangenomen op basis van de locus damni, is deze bevoegdheid territoriaal beperkt. Nordal en Wants & Needs plegen inbreuk door de auteursrechtelijk beschermde print van Moooi op hun websites te koop aan te bieden en te tonen. Op hun websites stonden Hoofdborden met jungle patroon vergelijkbaar met het dessin van Moooi. De rechtbank wijst het gevorderde verbod toe. Voor Wants & Needs voor de hele EU, op de website staat dat zij door heel Europa levert. Voor Nordal beperkt tot Nederland, in lijn met hetgeen is overwogen over de bevoegdheid van de rechtbank.

 

IEPT20220713, Rb Den Haag ITT USA v ITT-Controls

Geen rechtsverwerking ondanks verloop van nagenoeg vijf jaar. Enkel tijdsverloop voor rechtsverwerking onvoldoende. Merkinbreuk (sub b): teken ITT Controls (en domeinnamen) en ITT-merken. Sterke auditieve en visuele overeenstemming De merken en tekens zijn exact gelijk, met dien verstande dat bij de tekens aan het woord ITT de letters/woorden B.V., Controls (BV.) en Holding (BV.) worden toegevoegd. ITT dominante onderscheidende element. Gemiddeld onderscheidend vermogen ITT-merken, niet beschrijvend voor de waren of diensten. Verwarringsgevaar aangenomen. Deze omstandigheden maken dat het relevante publiek — ook al zijn dit ook professionele inkopers — zal denken dat ITT Controls c.s. verbonden is met ITT USA, dan wel met haar toestemming producten verkoopt, zodat sprake is van verwarringsgevaar. Geen inbreuk aangenomen door de domeinnamen ittgeneralcontrols.com, ittbarton.net, ittcameron.corn en itt-xylem.com. Onvoldoende onderbouwd. Misleidende reclame door onjuiste suggestie op websites van ITT Controls dat ITT Controls is gelieerd aan het huidige Amerikaanse ITT concern. Schadevergoeding/winstafdracht wegens inbreuk te kwader trouw. Er is sprake van moedwillig gepleegde inbreuk. ITT Controls c.s. was op de hoogte van de ITT-merken. De in het kader van merkinbreuk summierlijk aangevoerde verweren (vergelijk r.o. 5.17, 5.20 en 5.22) moeten als kansloos worden aangemerkt. Bovendien kan worden aangenomen dat ITT Controls c.s. met haar misleidende reclame (zie r.o. 5.24) heeft getracht de indruk te wekken dat zij gelieerd is aan ITT USA. € 20.000 aan dwangsommen verbeurd inzake met medewerkingsplicht versterkt conservatoir bewijsbeslag. Het verstrekken van inlogcodes/wachtwoorden zijn eenvoudige handelingen die snel en op afstand kunnen worden verricht. ITT Controls heeft geen enkele uitleg gegeven waarom uiteindelijk pas zes dagen later (in plaats van binnen twee uur) werkende en volledige inlogcodes/wachtwoorden zijn verstrekt.
 


IEPT20220712, Rb Den Haag, The Waste Transformers v SEaB Power

Vordering tot zekerheidstelling afgewezen: uitzondering van artikel 224 lid 2 sub a Rv van toepassing en geen restitutierisico. Verzochte inzage dient geen redelijk doel: de door SEaB verzochte inzage is niet meer relevant doordat eventueel bewijs - indien geleverd - niet kan maken dat er sprake is van inbreuk op zowel conclusie 1 van EP 589 als conclusie 1 van EP 420. The Waste Transformers past betreffende conclusie-kenmerken voorshands oordeeld niet toe: gemiddelde vakpersoon interpreteert conclusie-kenmerken van EP 589 en EP 420 met een benodigde volgordelijkheid van stappen die niet wordt toegepast in de Waste Transformers installatie.

 

IEPT20220706, Rb Den Haag, Linden Sales v DGM Outlet

Merkenrecht uitgeput vanwege eerder in handel brengen van knuffel door [eiser] onder dit merk: knuffel aangetroffen op retourpallet gekocht door DGM-outlet, aanwezigheid andere aanbieders onvoldoende gemotiveerd en LVB-code toont aan dat knuffel afkomstig is van [eiser]. Voorts auteursrecht niet geschonden: door afwezigheid schending merkenrecht is DGM toegestaan om product aan te bieden onder zelfde EAN-code en zelfde productinformatie. Bovendien is [eiser] akkoord gegaan met werkwijze bol.com. 

 

IEPT20220628, Rb Den Haag, Dutch Solar Systems v Counter Flow

Dreigende inbreuk en toekenning van inzagevordering ter onderbouwing van gestelde octrooiinbreuk beperkt toegewezen. Wens van extra controle, weegt niet op tegen ingrijpend karakter. Geanonimiseerde inzage in bescheiden waarin beweerdelijk inbreukmakende producten worden genoemd.

 

IEPT20220621, Rb Den Haag, Novartis v Mylan

Octrooirecht. TKB besluit tot octrooiverlening en verwijst naar Examining Division voor verlening op grond van de conclusie in het hoofdverzoek. Novartis vraagt om toepassing afstemmingsregel. Echter dat is van toepassing in oppositieprocedures waar er tegenspraak is, niet voor de verleningsprocedures. Er is een gerede kans dat octrooi in oppositie of in nietigheidsprocedure wordt vernietigd vanwege een gebrek aan inventiviteit. Geen inbreukverbod.

 

IEPT20220601, Rb Den Haag, Kiremko v Tomra

Gemiddelde vakpersoon zal conclusie 1 van EP379 zo lezen dat het afsluitorgaan alleen door stoomdruk – met afsluiting van andere krachten – op zijn plaats wordt gehouden: wanneer vakpersoon deelkenmerk 1.5 leest in het licht van octrooischrift zal de vakpersoon begrijpen dat geen andere maatregelen bijdragen aan het in gesloten positie houden van het sluitorgaan, in het bijzonder niet een actuator of persluchtmotor. Kiremko maakt met de Magma Valve, al dan niet als onderdeel van de Strata Invicta geen inbreuk op conclusie 1 van het octrooi van Tomra: de Magma Valve vormt een vereenvoudiging ten opzichte van de stand van de techniek en in de Magma Valve wordt het sluitorgaan in gesloten positie gehouden door stoomdruk en een additionele kracht. Geen beroep op inbreuk bij wege van equivalentie:  het voorzien in extra krachten wanneer de afsluiter in gesloten stand is wordt niet aangemerkt als uitvoeringsvorm die equivalent is aan conclusie 1.

 

IEPT20220601, Rb Den Haag, Barco v Sahara

Clevershare maakt geen inbreuk op octrooi EP 668. Alleen Clevershare CS2 wordt meegenomen in oordeel of Clevershare inbreukt maakt op de conclusies van EP 668: Barco had een onderscheid moeten maken tussen de drie generaties en per generatie duidelijk moeten maken waarom vanuit moet worden gegaan dat daarin de maatregelen van de conclusies worden toegepast. Enige presentatiesysteem dat op moment van uitbrengen van de dagvaarding onder de naam Clevershare door Sahara werd gebracht is de CS2. CS2 niet inbreukmakend: het in EP668 geclaimde kenmerk van een transmitter ontbreekt in de CS2. Verklaring voor recht van niet-inbreuk CS3 op (maatregelen) EP668 afgewezen: geen belang in clearing the way omdat CS3 in 2019 op de markt is gekomen. Gewenste verklaring is met een dongle die beschikt over een type USB-C-connector onvoldoende concreet voor de conclusie dat er geen sprake is van een connector in de zin van het octrooi.

 

IEPT20220525, Rb Den Haag, B-Overall v Facetmedi
Tussen de medische simulatiebelevings-overalls van partijen zijn verschillen. Op de overall kunnen rubberen applicaties worden bevestigd die de 12 meest voorkomende vaardigheden voor een verpleegkundige laat trainen. Er is voldoende afstand gehouden tot de overall van eiser. Geen auteursrechtinbreuk. Ook is de medische beroepsbeoefenaar of docent een bovengemiddeld omzichtig publiek een beroep op slaafse nabootsing slaagt evenmin.

 

IEPT20220525, Rb Den Haag, Satelliet meubelen v De Arend c.s.

Geen sprake van een auteursrechtinbreuk 25.25 stoel.Totaalindrukken te verschillend. De stoel heeft een eigen unieke uitstraling die het gevolg is van creatieve keuzes die hebben geleid tot de in de stoel verenigde specifieke combinatie van bedoelde elementen. Geen sprake van slaafse nabootsing. Gevaar voor verwarring is naar het oordeel van de rechtbank niet of slechts in te beperkte mate te duchten.

 

IEPT20220517, Rb Den Haag, Pharming Group v IGJ
Bestuurlijke boete blijft vanwege publieksreclame voor noemen van een geneesmiddel in persberichten en interview in De Telegraaf blijft gehandhaafd. Voorwetenschapsverplichting Verordening marktmisbruik is geen rechtvaardigingsgrond voor persberichten en marketingactiviteiten (ook al is deze slechts) gericht tot beleggers.

 

IEPT20220516, Rb Den Haag, KvK v Uittrekselwebsites

Gedaagde misleidt met haar uittrekselwebsites het publiek dat op zoek is naar de diensten van de Kamer van Koophandel: Websites zijn zodanig vormgegeven inclusief gebruik teken ‘KvK’ dat klanten denken met de Kamer van Koophandel te maken hebben. Gedaagde moet de domeinnamen Uittrekselregister.nl, Uittreksel-register.nl en Bedrijven-uittrekselregister.nl op naam van de Kamer van Koophandel stellen en de Inschrijfwebsites offline halen en houden: KvK ondervindt hinder en lijdt hierdoor (reputatie)schade. 

 

IEPT20220510, Rb Den Haag, BMS v Sandoz

Gerede nietigheidskans wegens ontbreken inventiviteit door het niet plausibel zijn van de geclaimde uitvinding. Plausibiliteitsvereiste conform Nederlandse jurisprudentie tot uitgangspunt genomen (in afwachting van de uitspraak van de Grote Kamer van Beroep in G2/21). Ab initio plausibiliteitstoets. Indien het effect niet reeds in de oorspronkelijke aanvrage plausibel is gemaakt, kan er geen beroep op post published data worden gedaan om dat effect alsnog te onderbouwen. Onzeker of de bodemrechter enig voordelig of verrassend effect plausibel zal achten na lezing van de aanvrage. Er was geen enkele reden was om de voordelige resultaten van Ki-metingen niet op te nemen in de aanvrage. Minst genomen had naar voorlopig oordeel in de aanvrage iets kunnen en moeten worden opgenomen over dat er gunstige Ki’s (in het nanomolaire bereik) waren gevonden bij de geselecteerde verbindingen zodat een gemiddelde vakman ook getriggerd zou zijn geweest om die verbindingen te testen. Dit geldt temeer omdat thans in de aanvrage eigenlijk alleen maar een wens tot nanomolaire Ki’s is opgeschreven en voorts dat Ki’s tot in het micromolaire bereik waren gevonden, verre van interessant derhalve. Het heeft er nu alles van dat die informatie om een andere reden is weggelaten, bijvoorbeeld om in wezen (zo lang mogelijk) geen openheid te geven over de gedane uitvinding. Hoewel het uiteindelijk verleende octrooi enkel nog ziet op apixaban, staat (dus) ook daarin nog altijd niet met zoveel woorden waarom die verbinding zo interessant is. Dat een en ander doet geweld aan de zogenaamde quid pro quo of patent bargain in het octrooirecht (de aanvrager verkrijgt zijn monopolie in ruil voor openbaarmaking van de uitvinding).

 

IEPT20220509, Rb Den Haag, Ericsson v Apple
Bevoegdheid ex artikel 7(1) Rv is ruimer dan ex artikel 8(1) Brussels I bisVo. In plaats van de “nauwe” band en het vermijden van onverenigbare beslissingen heeft de Nederlandse wetgever in artikel 7 lid 1 Rv  gekozen voor “samenhang” tussen de vorderingen en redenen van “doelmatigheid”. Het is uit die bewoordingen evident dat de laatste voorwaarde ruimer is dan de eerste. Voorzieningenrechter is onbevoegd kennis te nemen van de grensoverschrijdende vorderingen tegen Apple Inc, Apple Distribution en Apple Sales. De grensoverschrijdende vorderingen tegen de ankergedaagden zijn evident kansloos, reële band met Nederland ontbreekt (artikel 35 Brussel I bis-Vo). Ericsson heeft niets dan wel onvoldoende gesteld waaruit kan volgen dat de ankergedaagden voorbehouden handelingen verrichten in het buitenland, dan wel daarbij op enigerlei wijze betrokken zijn (daargelaten welk recht toepasselijk is op de vraag of sprake zou zijn van onrechtmatig handelen in de landen buiten Nederland). Afwijzing inbreukvorderingen Ericsson inzake standaard essentieel octrooi (SEP) met betrekking tot 4G en 5G standaarden op grond van belangenafweging: ingrijpende gevolgen verbod voor Apple; partijen zijn geen concurrenten; Ericsson gericht op het genereren van licentie-inkomsten en schade van Ericsson louter financieel.
 

IEPT20220504, Rb Den Haag, Marmarabirlik v Omur Markt

Ongeoorloofde parallelhandel, artikel 9 lid 2 sub a UMVo, van blikken olijven van Marmarabirlik door Omur Markt: bij Omur Markt producten voorzien van het Merk en afgestempeld met de T.E.T.T. (Turkse afkorting voor “ten minste houdbaar tot”)-code aangetroffen en Omur Markt heeft verklaard dat zij de blikken met T.E.T.T. code heeft ingekocht bij een groothandel in Turkije, die de blikken rechtstreeks aan Omur Markt heeft geleverd. Schadevergoeding toegewezen: uit de vaststelling van merkinbreuk volgt dat het aannemelijk is dat Marmarabirlik schade heeft geleden. 

 

IEPT20220421, Rb Den Haag, EAM v HC

Geen grondslag meer voor gebruik van de IE-rechten van eiser: beheersovereenkomst vastgoedobjecten is beëindigd.Vordering tot het staken van inbreuk op handelsnaam, Uniemerk en auteursrechten toegewezen: het voortgezette gebruik van HCI c.s. van haar merk, het concept en dergelijke, met inschakeling van HCI AM als beheerder, lijdt voor verwarring en schade aan de zijde van 360 EAM. Geen stilzwijgende licentieovereenkomst voor onbepaalde tijd: partijen zijn dat overeengekomen en volgt niet uit hun handelswijze.

 

IEPT20220420, Rb Den Haag, T.O.M. v Prijskiller

Modelinschrijvingen T.O.M. van de combinatie van het frame van een kinderfiets met het daarop toegepaste design geldig: T.O.M. hoefde de frames van de fietsen niet met een stippellijn weer te geven in de gedeponeerde tekeningen. Ontwerp AMIGO-fietsen zijn een werk in de zin van de Auteurswet: het betreft de toepassing van reeds bestaande stijlkenmerken waar die toepassing getuigt van originele keuzes. De fiets AMIGO bloom is een eigen intellectuele schepping van de maker welke door het auteursrecht wordt beschermd: gekozen kleurstelling, keuze van het frame, keuze voor-en achterdrager getuigen van een creatieve keuze. 2Cycle Desire maakt inbreuk op AMIGO Bloom: totaalindrukken stemmen overeen. 2Clycle Superstar, 2Cycle Magic, 2Cycle Firefighter en 2Cycle Lovely maken inbreuk op de modelrechten van T.O.M. op de Amigo fietsen met dezelfde naam: kenmerkende elementen van het design zijn op identieke wijze verwerkt, op dezelfde plaats op een identiek frame, waardoor de fietsen bij de gebruiken dezelfde algemene indruk wekken. Geen sprake van tangwerking: het betreffen gelijktijdige (meervoudige) depots. Vorderingen gegrond op de stelling dat Prijskiller onrechtmatig gebruik heeft gemaakt van bedrijfsgheimen van T.O.M afgewezen: model is reeds in 2019 openbaar gemaakt en betreft geen informatie die bestemd is om geheim te blijven.Prijskiller heeft niet op onrechtmatige wijze geprofiteerd van de wanprestatie van de zijde van Eastman met betrekking tot de AMIGO 2Cool, de AMIGO BMX Fun en de AMIGO BMX Turbo: T.O.M. heeft onvoldoende gemotiveerd gesteld dat Prijskiller op de hoogte was van enige afspraak tussen Eastman en T.O.M.

 

IEPT20220419 Rb Den Haag Spyra v DesignNest

Geen merkinbreuk door DesignNest door verkoop SPYRA ONE waterpistolen. Wel merkinbreuk door DesignNest door gebruik merk SPYRA in een case study op hun website naar copycats. Gevorderde op modelrechtelijke grondslag afgewezen. Vordering slaafse nabootsing afgewezen. Berichten op website DesignNest over niet kunnen leveren van SPYRA levert een onjuiste en misleidende mededeling op.

 

IEPT20220407, Rb Den Haag, Albertronic v MCC

Vorderingen in kort geding afgewezen. Spoedeisend belang ontbreekt: producten van partijen zijn al jarenlang naast elkaar te zien op bijvoorbeeld beurzen en eiser kan worden verweten te lang te hebben gewacht met aanhangig maken kort geding. Voorzieningenrechter acht kans van slagen van de op de auteursrecht en slaafse nabootsing gebaseerde vordering in een bodemprocedure, gering: geen auteursrecht op onderdelen omdat werk vooral functioneel/technisch bepaald is. Op slaafse nabootsing gestoelde vordering geringe kans van slagen vanwege beperkt verwarringsgevaar bij niche-publiek. Weinig producten in Nederland verhandeld waarmee slechts een gering bedrag is gemoeid.
 

IEPT20220323, Rb Den Haag, McCain v Simplot

Rechtbank dient na definitieve beslissing BoA EUIPO uit te gaan van geldigheid Model (vgl. artikel 86(5) GModVo).  De geïnformeerde gebruiker is in hoge mate aandachtig. Deze gebruiker is gepositioneerd tussen de – op het gebied van het merkenrecht gehanteerde – gemiddelde consument, van wie geen enkele specifieke kennis wordt verwacht en die de strijdige merken in de regel niet rechtstreeks vergelijkt, en de vakman met grondige technische deskundigheid. De geïnformeerde gebruiker is niet beperkt tot inkopers in horeca en de “betrokken sector” is niet beperkt tot aardappelproducten maar ziet op de voedselindustrie. Geïnformeerde gebruiker houdt het midden tussen een vakman op het gebied van aardappelproducten en de gemiddelde consument van aardappelproducten. Die geïnformeerde gebruiker zal ook bekend zijn met modellen van andere voedingsmiddelen zoals pasta en brood. Model niet gedicteerd door functionele en technische vereisten. Ruime beschermingsomvang – ruime ontwerpvrijheid en aanzienlijke verschillen met vormgevingserfgoed. De rechts- en linksdraaiende Rustic Twist Fries wekken bij de geïnformeerde gebruiker geen andere algemene indruk dan het Model. Een rechts- of linksdraaiende Rustic Twist is iets dikker/lomper dan het Model en de punt is aan één zijde iets puntiger dan die van het Model. Maar voor het overige is een rechts- of linksdraaiende Rustic Twist nagenoeg identiek aan het Model. Grensoverschrijdend EU-verbod toegewezen. Gevorderde recall en vernietiging toegewezen. McCain-vennootschappen hebben nog belang bij een vertrouwelijkheidsregime. Rectificatie toegewezen. Simplot heeft belang bij het informeren van de markt in het licht van de reputatieschade die zij heeft geleden door de modelinbreuk en haar mogelijke toekomstige activiteiten op de Europese markt. Schadeplichtigheid buitenlandse McCain-vennootschappen te beoordelen naar Nederlands recht, inclusief het internationaal privaatrecht (artikel 88(2) GModVo). Op grond van artikel 4(1) Rome II is op de schadevergoedingsvordering van toepassing het recht van het land waar de schade zich voordoet (artikel 4 lid 1 Rome II-Vo ). De Handhavingsrichtlijn heeft ook op deze onderwerpen harmonisering van Europese regelgeving gebracht (vergelijk artikel 13 Hrl). Voor een vordering tot schadevergoeding is niet vereist dat de inbreukmaker op de hoogte was van het bestaan van het Model.

 

IEPT20220223, Rb Den Haag, HBM

Kwekersrecht Strong Strike met terugwerkende kracht vernietigd (artikel 21 UPOV). In de in art. 21 van het UPOV-verdrag bedoelde gevallen wordt het kwekersrecht geacht van aanvang af niet te hebben bestaan. Ras ‘Strong Strike’ niet onderscheidend in vergelijking met ‘Strong Energy’. Blijkt uit D.U.S. onderzoek en uit een side-by-side vergelijking. ‘Strong Energy’ voldoet aan de definitie van een ras. ‘Strong Energy’ was algemeen bekend voor de kwekersrechtaanvrage van ‘Strong Strike’. In voldoende mate in vakkringen kennisgenomen van het bestaan van dit ras. 

 

IEPT20220323, Rb Den Haag, Mexx International v C&S Design
MEXX v G-maxx. Enige mate van visuele en fonetische overeenstemming. Geen verwarringsgevaar aangenomen. Uitgaande van die beperkte overeenstemming tussen de Mexx-merken en de tekens, en wetende dat het aandachtsniveau van het publiek in kwestie relatief hoog zal zijn, omdat het merk bij dameskleding vanaf het middensegment een belangrijk kenmerk is om al dan niet tot aankoop over te gaan, is de conclusie gerechtvaardigd dat geen reëel gevaar bestaat voor verwarring bij de consument in Nederland die die dameskleding koopt. Beoordelingsmoment(en) verwarringsgevaar en bekendheid merk. Het gevaar voor verwarring moet worden beoordeeld naar het moment dat het gebruik van het teken is begonnen. Voor de bekendheid van een merk is (ook) het moment van de beoordeling van de gestelde inbreuk van belang. Een merkhouder kan zich niet (meer) beroepen op de bekendheid van een merk, als dat merk door toedoen of nalaten van de merkhouder zijn bekendheid heeft verloren. MEXX is geen bekend merk (meer), blijkt ook uit marktonderzoek. Mexx International heeft niet aangetoond dat bekendheid zich inmiddels heeft hersteld. Merkinbreuk – sub d. Mexx International heeft niet aangetoond dat ongerechtvaardigd voordeel wordt getrokken uit of afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van de Mexx-merken.

 

IEPT20220322, Rb Den Haag, Novartis v Mylan

Geen onrechtmatig handelen Mylan door na het einde van de marktexclusiviteit voor Gilenya van Novartis, op de markt te komen met fingolimod Mylan tot het moment dat het octrooi van Novartis wordt verleend op basis van aanvraag EP894. Geen terugwerkende kracht aan de aanvrager en toekomstige octrooihouder voorbehouden handelingen. Geen strijd met artikel 33 TRIPS-verdrag. Uit de wetsgeschiedenis van de artikelen 43A en 43B Row kan niet de conclusie worden getrokken dat de wetgever bedoeld heeft het toepassen van het octrooi in de periode tussen de feitelijke beslissing tot verlening door het EOB en de daadwerkelijke publicatie van verlening van een Europees octrooi als een onrechtmatige daad aan te merken. Niet onrechtmatig, wel redelijke vergoeding met terugwerkende kracht.
 

 

IEPT20220302, Rb Den Haag Puma v Monshoe

Formstripmerken maken deel uit van de merkenfamilie van Puma: de registraties van de diverse variaties moeten gezien worden als de registratie van nieuwe varianten die onderdeel uitmaken van het seriemerk. De merkenfamilie van Formstripmerken is een bekende merkenfamilie: Puma stelt voldoende gemotiveerd en met diverse producties onderbouwd dat zij de formstrip uit 1960, is blijven gebuiken en onder de aandacht van het publiek is blijven brengen, al dan niet in de vorm van de geregistreerde varianten van de formstrip uit 1960. Monshoe maakt met het gebruik van het teken inbreuk op de bekende merkenfamilie: Monshoe vaart door het huidige merkgebruik mee op de reputatie van Puma en veroorzaakt verwatering van de reputatie van het familiemerk inclusief de Formstripmerken. Proceskosten Puma gematigd: inhoudelijke verweren zijn voor een merkinbreukzaak gebruikelijke verweren, zodat geen aanleiding is voor meer werk.

 

IEPT20220223, Rb Den Haag, eiser v HBM

'Strong Energy' voldoet aan definitie van een ras; geen twijfels over de bestendigheid/homogeniteit of over de vraag of deze cultivar aan de definitie van 'ras' beantwoord. Ras 'Strong Strike'niet onderscheidend in vergelijking met 'Strong Energy' blijkt uit D.U.S. onderzoek en uit een side-by-side vergelijking. 'Strong Energy' was algemeen bekend voor de kwekersrechtaanvrage van 'Strong Strike'; in voldoende mate in vakkringen kennisgenomen van het bestaan van dit ras. Kwekersrecht 'Strong Strike'met terugwerkende kracht vernietigd (artikel 21 UPOV), overeenkomstig andere IE-wetgeving.

 

IEPT20220216, Rb Den Haag, Lucovitaal v Leefvitaal

Beroep op merkenrechtelijke rechtsverwerking van gedaagde Vemedia slaagt: Vemedia maakt vanaf september 2019 geen wezenlijk ander gebruik van het Leef vitaal merk dan in 2009, toen Vemedia geen verder gevolg gaf aan de sommaties van eiser P.K. Holdine om het gebruik van dit merk te staken. Beroep billijkheidscoorectie slaagt niet: enkele stelling dat het onredelijk is dat haar de mogelijkheid wordt ontnomen om zich te verzetten tegen de in 2019 doorgevoerde nieuwe productlijn, onvoldoende. Geen sprake van verwarringsgevaar in de zin van art. 2.20 lid 2 sub b BVIE en art. 9 lid 2 sub b UMVo: verschillende totaalindrukken van beide verpakkingen met beperkt onderscheidend vermogen, elementen “vitaal” in combinatie met een gestileerd poppetje komen veel voor bij gezondheidsproducten. Geen handelsnaaminbreuk, art. 5 Hnw door Vemedia: vanwege de elementen Luco en Leef voorafgaand aan vitaal, elementen met verschillende lettergrepen en posities in de handelsnaam, bestaat voldoende afstand tussen de handelsnamen. Geen sprake van onrechtmatige concurrentie of oneerlijke handelspraktijk door Vemedia: gelet op hetgeen hiervoor is overwogen over de gestelde merk- en handelsnaaminbreuk, kan niet worden aangenomen dat Vemedia op onrechtmatige wijze verwarring creëert.

 

IEPT20220216, Rb Den Haag, Basic Holdings v Afire
De vakman zal het kenmerk ‘van openingen voorzien bed’ beperkt achten tot een bed met meerdere openingen. De gemiddelde vakman maakt niet eenduidig uit de enkele passage in paragraaf [0019] van de beschrijving van EP 941 op dat het octrooi de mogelijkheid openlaat dat het bed slechts één opening omvat. Als er al van moet worden uitgegaan dat de vakman die passage wel zo zou lezen, zal de vakman die de Nederlandse vertaling van de conclusie leest, constateren dat die variant niet is geclaimd. Ook buitenlandse partij komt beroep toe op mogelijk beperktere beschermingsomvang van de Nederlandse vertaling van de conclusie (artikel 52(9) Row). Geen inbreuk. De AW-sfeerhaard met één sleuf van Afire c.s. valt niet onder de beschermingsomvang van conclusie 1. Proceskosten voorwaardelijke reconventie. De rechtbank ziet aanleiding om Basic in het geding in reconventie ook als in het ongelijk gestelde partij te beschouwen en in de kosten van Afire c.s. te veroordelen, nu het instellen van de (voorwaardelijke) eis in reconventie in de gegeven omstandigheden een redelijke vorm van verdediging voor Afire c.s. tegen de inbreukvordering in conventie vormt.

 

IEPT20220216,Rb Den Haag, Thuiskopie v AK Trading

Of AK-trading recht heeft op restitutie of verrekening wegens export dient AK te bewijzen. Verwijzing naar/overlegging van btw-aangiftes is onvoldoende om aan opgaveverplichting te voldoen. Verbod op importeren of verhandelen van vergoedingsplichtige voorwerpen waarover geen opgave is gedaan. Dit is geen algeheel verbod is om vergoedingsplichtige voorwerpen te verhandelen, maar een verbod om dit te doen zonder de verplichtingen tot het doen van opgave en betaling van thuiskopievergoeding na te komen.

 

IEPT20220216, Rb Den Haag, SENA v VCR

Betreft een tussenvonnis. De rechtbank stelt ex artikel 24 Wtcb de Geschillencommissie Auteursrecht in de gelegenheid om advies uit te brengen over de hoogte van de billijke vergoeding zoals die tussen Sena en NVCR c.s. vastgesteld moet worden. 

 

IEPT20220216, Rb Den Haag, Noraplant v Greencre8

Herzienings-kort geding na ex parte bevel, Noraplant heeft spoedeisend belang. Op basis van artikel 1019e lid 3 Rv  is Noraplant gerechtigd om herziening te verzoeken van het aan haar opgelegde inbreukverbod.De modelrechten van Greencre8 zijn geldig, want: de versiering betreft een voortbrengsel dat voor modelrechtelijke bescherming in aanmerking komt, uiterlijke kenmerken van het voortbrengsel worden niet uitsluitend door de technische functie bepaald en uit de modelregistraties volgt voldoende duidelijk wat de modelrechten inhouden. Ook geeft de versiering van de toppen van de Sansevieria’s en de wijze waarop dit wordt uitgevoerd de kale Sansevieria een duidelijk ander aanzicht, waardoor het model voor de gebruiker een andere algemene indruk wekt. Er is geen sprake van nieuwheidsschadelijke openbaarmaking. Noraplant maakt met haar Sansevieria’s inbreuk op de modelrechten van Greencre8. De Sansevieria Noraplant heeft voorshands oordelende nagenoeg dezelfde versiering en wekt geen andere algemene indruk bij de relevante gebruiker als het modelrecht. Beroep op onvolledige voorlichting Greencre8 slaagt niet, voor zover al sprake zou zijn van onvolledige / onjuiste voorlichting door Greencre8 kan dit niet de zware sanctie dragen dat het (anderszins terechte) bevel alleen al daarom moet worden opgeheven.

 

IEPT20220215, Rb Den Haag, Celeste Parfums v Celeste Dermacare

[gedaagde] moet voorlopig stoppen met het gebruik van de handelsnaam Celeste Dermacare: de handelsnaam wijkt in geringe mate af van de handelsnamen Celeste en Celeste Parfums in de zin van artikel 5 Hnw. Gevaar voor verwarring is te duchten.

 

IEPT20220210 Rb Den Haag Hizlipara v PayPorter

Geen sprake van depot te kwader trouw: over gebruik van merk en logo hebben partijen geen afspraken gemaakt en Hizlipara was met medeweten van PayPorter al actief onder de naam Payporter in Turkije. De voorzieningenrechter verbiedt PayPorter het gebruik van PayPorter-merk: verweren PayPorter slagen niet. Termijn waarbinnen PayPorter inbreuk moet staken bepaald op 30 dagen: ter voorkoming van executieproblemen.

 

IEPT20220209, Rb Den Haag, PANArt v Ayasa

De Nederlandse rechter is onbevoegd inzake HANG klanksculptuur. De Nederlandse rechter is op grond van artikel 27 Lugano II onbevoegd om kennis te nemen van de vorderingen 1 en 2 voor zover zij betrekking hebben op een vermeende inbreuk in Duitsland en Nederland. Aanhouding in de hoofdzaak totdat in Zwitserse procedure onherroepelijk is beslist over de gestelde inbreuk op het Nederlandse en Duitse auteursrecht van PANArt (art. 28 lid 1 Lugano II).

 

IEPT20220209, Rb Den Haag, Aura-Soma v Mensys en Overstag

Alle vorderingen in reconventie afgewezen, Aura-Soma mocht de –niet op schrift gestelde- duurovereenkomst met Mensys opzeggen: Mensys bleef, ondanks verschillende waarschuwingen hiervoor, onder de vlag van Aura-Soma samenwerken met [naam 3], een ex-werknemer van Aura-Soma die daar met “ruzie” is vertrokken. Overstag maakt inbreuk op de Uniemerken van Aura-Soma: duurovereenkomst is rechtsgeldig opgezegd, Overstag heeft niet bestreden dat zij geen inbreuk maakt. EU-wijd verbod en verbod in het Verenigd Koninkrijk (na BREXIT) toegewezen tegen Mensys en Overstag: uit het Terugtrekkingsakkoord van het VK volgt dat de regels betreffende de erkenning en tenuitvoerlegging van rechterlijke uitspraken op procedures die zijn ingeleid vóór het einde van de overgangsperiode, ongewijzigd van toepassing blijven.

 

IEPT20220209, Rb Den Haag, Asetek v Coolergiant

Vorderingen Asetek in conventie afgewezen. Uitspraak rechtbank Den Haag van 20 september 2017 waarin onderhavige Nederlandse deel van het octrooi voor een koelsysteem van een computer werd vernietigd, is in kracht van gewijsde gegaan, waardoor EP 771 onmiddellijk haar werking is ontnomen. Proceskosten in conventie en reconventie begroot op het overeengekomen bedrag van € 112.500,-,. De invoering van Indicatietarieven octrooirecht per 1 september 2020 is geen (onvoorziene) omstandigheden die maakt dat het onredelijk of onbillijk zou zijn dat Asetek aan de overeengekomen proceskostenafspraak uit 2017 gehouden wordt, ex artikel 6:248 lid 2 BW en 6:258 lid 1 BW.

 

IEPT20220203, Rb Den Haag Corbin v Pelvitec

Naar voorlopig oordeel EP811 nietig: octrooi verleend in aanzienlijk beperkter vorm dan aangevraagd. De toegangsnaald in kwestie valt niet onder de bescherming octrooi EP811. Geen sprake van indirecte inbreuk op de wijze zoals door Corbin in de dagvaarding gesteld: Gilette-verweer van gedaagde slaagt.

 

IEPT20220202, Rb Den Haag, Rituals v The Body Shop
The Body Shop gebruikt de RITUAL-tekens niet louter beschrijvend, maar als merk - herkomstaanduiding. Gebruik is niet beperkt tot gebruik in beschrijvende zin (in de betekenis “een reeks handelingen”) of om een kenmerk of eigenschap van de cosmetische producten te beschrijven. The Body Shop gebruikt de RITUAL-tekens prominent op banners en in reclame-uitingen ter aanduiding van de vier categorieën SOTW-producten. Daarbij zijn de RITUAL-tekens in hoofdletters weergegeven als – in het algemeen meest – in het oog springende deel van de aanprijzing […] op een wijze waarop The Body Shop, zoals Rituals onweersproken heeft gesteld, ook door haar (wel) ingeschreven merken gebruikt. De verweten gebruiksgedragingen in de Unie kunnen aan TBS International in het Verenigd Koninkrijk worden toegerekend. Grote mate van overeenstemming RITUAL-tekens en Rituals-merken. Omdat juist het woordelement ‘ritual’ een zelfstandig onderscheidende en dominerende plaats inneemt binnen de RITUAL-tekens, brengt het feit dat dat element van de tekens vrijwel identiek is aan de Rituals-merken, mee dat de tekens als geheel een grote mate van overeenstemming vertonen. Combinatie van gebruik van de RITUAL-tekens op de verpakking en prominent leidt tot direct en indirect verwarringsgevaar met Rituals. Rb Den Haag bevoegd jegens TBS International in het Verenigd Koninkrijk inzake inbreuk Uniemerken op grond van artikel 8 Brussel 1-bis Vo. Artt. 122 lid 1 en 125 lid 1 UMVo verklaren de algemene bevoegdheidsregels van Brussel I bis-Vo ook van toepassing op procedures betreffende Uniemerken, voor zover daar in de UMVo niet van wordt afgeweken. Grensoverschrijdend inbreukverbod Uniemerk voor het Verenigd Koninkrijk. Uit artikel 67 van het Terugtrekkingsakkoord volgt dat de regels betreffende rechterlijke bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van rechterlijke uitspraken op procedures die zijn ingeleid vóór het einde van de overgangsperiode, zoals onderhavig geding, ongewijzigd van toepassing blijven. Dat betekent dat het Verenigd Koninkrijk voor wat betreft de toepassing van genoemde regels als onderdeel van de Unie wordt beschouwd.

 

IEPT20220131, Rb Den Haag, Keune v WCHS

Procesrecht. Keune dient de kosten voor de procedure te dragen: Keune c.s. heeft het verweer van WCHS geaccepteerd en de inbreuk- en nevenvorderingen ingetrokken.

 

IEPT20220126, Rb Den Haag, Insud v Galenicum

Nederlandse deel van octrooi nietig wegens gebrek aan inventiviteit. Voorbeelden bevatten informatie over hulpstoffen, technieken en meetmethoden waarover de vakman al over beschikt. Geen technisch effect verschilmaatregel aangetoond. 

 

IEPT20220119, Rb Den Haag, Tuinontwerper v Hoveniersbedrijf

Tuinontwerper ziet foto's gebruikt worden, maar spreekt iemand aan die andere folders hanteert, niet de houder is van de website en bewijst onvoldoende dat er sprake is van inbreuk door deze gedaagde. Vorderingen afgewezen.