De 9 van Boek9 2017: Terugblik op een turbulent jaar IE-recht

29-12-2017 Print this page
B915225

Het is het eind van het jaar en ook wij moeten er aan toegeven: het is tijd voor een terugblik op het afgelopen jaar. Met meer dan 450 gepubliceerde uitspraken en ongeveer evenveel IE-nieuwsberichten is er genoeg te lezen geweest in 2017. Maar welke uitspraken werden nu het meest gelezen dit jaar? We zetten 9 veelgelezen uitspraken van het afgelopen jaar op een rijtje (in willekeurige volgorde) in 'de 9 van Boek9'.

 

(De afbeelding bij dit artikel is afkomstig van IEPT20171220, HvJEU, Champagner Sorbet: geen onrechtmatig gebruik van beschermde oorsprongsbenaming indien ‘Champagner Sorbet’ daadwerkelijk naar Champagne smaakt)

 

IEPT20170523, Hof Arnhem-Leeuwarden, Levola v Smilde

Over smaak valt niet te twisten. Hoewel...? Levola, producent van Heks'nkaas, wil graag het antwoord op de vraag of smaak van een voedingsmiddel auteursrechtelijk beschermd kan worden. Het Hof geeft aan dat de rechtspraak over dit soort vragen zeer uiteenloopt (er wordt een analogie met zaken over het auteursrecht op geur getrokken) en legt daarom prejudiciële vragen voor aan het HvJEU. Wordt vervolgd!

 

IEPT20170228, Hof Den Haag, Levola v FFF

Nu we het toch over Heksenkaas hebben: niet alleen over smaak werd dit jaar getwist. De rechter moest dit jaar ook de vraag beantwoorden of woord- en beeldmerken behorende bij 'Witte Wievenkaas' een verwarringsgevaar vormden met 'Heks'nkaas'. Er werd in geringe mate sprake visuele en auditieve overeenstemming tussen de twee vastgesteld. Wel werd een begripsmatige overeenstemming aangenomen met een tot de verbeelding sprekende overweging over de uitleg van het woord 'heks' en het begrip 'witte wieven'.

 

IEPT20170314, Hof Den Haag, Red Bull v Bulldog

Niet alleen de makers van Heksenkaas hadden dit jaar met kwesties over verwarringsgevaar te maken. Ook tussen Red Bull en BULLDOG werd (verder) geprocedeerd over verwarringsgevaar. Na het stellen van prejudiciële vragen aan het HvJEU vernietigde de Hoge Raad op basis van de antwoorden die zijn gegeven het arrest van het Hof Amsterdam en verwees de zaak ter finale beslechting  naar het Hof Den Haag. Het Hof komt tot de conclusie dat er geen overeenstemming bestaat tussen de twee merken. Vooral het begripsmatige verschil tussen de twee merken is zodanig groot dat er geen overeenstemming kan worden vastgesteld. 

 

IEPT20170224, HR, Google

Een zaak om niet snel te vergeten; de zaak over het 'recht om vergeten te worden'. De eiser ziet graag dat een aantal zoekresultaten van zoekgigant Google verwijderd worden. Door de Hoge Raad wordt vastgesteld dat de grondrechten van een natuurlijk persoon in beginsel zwaarder wegen dan het economische belang van de exploitant van een zoekmachine en het belang van internetgebruikers. Verder moest het belang van de eiser afgewogen worden tegen het belang van het publiek om informatie over zijn veroordeling te verkrijgen.

 

IEPT20170426, HvJEU, Brein v Filmspeler

Zowel deze nieuwe zaak over de filmspeler alsmede de GS Media-zaak (IEPT20160908, HvJEU, GeenStijl v Sanoma / Britt Dekker) uit 2016 werden dit jaar (weer) veel aangeklikt. Wellicht niet allebei om meer te weten te komen over het begrip "mededeling aan het publiek". In het Filmspeler-arrest werd vastgesteld dat mediaspelers met add-ons die toegang bieden tot ongeautoriseerde content een mededeling aan het publiek vormt. Het verweer dat een filmstream uitgesloten zou zijn van reproductierecht mocht de verkoper van de mediaspeler niet baten. Het streamen uit een illegale bron maakt dus ook inbreuk op auteursrecht.

 

IEPT20170523, Hof Den Haag, HP v Digital Revolution

Niet alleen filmspelers waren dit jaar onderwerp van geschil. Ook over geheugenchips werd geprocedeerd. Een product uit de stand van de techniek dat zonder aanpassing ‘geschikt’ (suitable for) is om die functie(s) te vervullen, is nieuwheidsschadelijk zelfs als dat product nog nooit op de geclaimde manier is gebruikt of beschreven. Verder vormen geheugenchips in inktcartridges van Digital Revolution geen directe danwel indirecte inbreuk op de productconclusie van HP.

 

IEPT20170216, GEU, Jaguar Land Rover v EUIPO

Met deze zaak van Land Rover zijn we bijna aan het einde van de rit. Het beroep dat Land Rover instelt tegen het inschrijven van het woordmerk 'Land Glider' wordt verworpen. Dat de merken niet genoeg overeenkomen om tot verwarringsgevaar te leiden is gebaseerd op een verkeerde premisse, namelijk het verkeerd analyseren van het woordelement ‘land’. De kamer van beroep is er onterecht van uitgegaan dat de betekenis van het woordelement ‘land’ door het publiek uit de gehele Europese Unie zou worden begrepen. De kamer van beroep heeft daarom ten onrechte geoordeeld dat het element 'land' geen onderscheidend vermogen heeft.

 

IEPT20170501, Rb Den Haag, Secrid

Beter goed gejat dan slecht verzonnen moet de gedaagde hebben gedacht; gedaagde handelde namelijk in namaak kaarthouders en wallets die inbreuk maken op een octrooi dat Secrid heeft. Naast de octrooi-inbreuk voert Secrid ook aan dat er sprake is van slaafse nabootsing en onjuiste mededelingen over de producten van Secrid. Omdat de gedaagde onvoldoende onderbouwt dat alle kenmerken van de door gedaagde verkochte kaarthouders voldoen aan de stand van de techniek wordt inbreuk vastgesteld. Ook is er sprake van ongeoorloofde vergelijkende reclame door uitingen over gelijkwaardigheid van de producten, omdat de producten in realiteit niet gelijkwaardig zijn.

 

IEPT20170712, Rb Den Haag, Scotch & Soda v Esprit

Last but not least, wederom beweerde namaak, maar nu in een ander jasje. Zowel Scotch & Soda als Esprit houden zich bezig met het ontwerpen, vervaardigen en verkopen van kleding, waaronder de jas in casu. Op basis van de combinatie van elementen krijgt de jas van Scotch & Soda een eigen gezicht, waardoor de Esprit-jas inbreuk maakt op de auteursrechten van Scotch. Dit oordeel geldt wel alleen voor de inbreuk in Nederland. Voor de inbreuk in Frankrijk en Duitsland heeft Scotch & Soda onvoldoende gemotiveerd waarom het auteursrecht toch bij haar zou liggen. Voor inbreuk in andere landen geldt volgens de rechtbank dat niet van de rechter kan worden gevergd dat hij, zoals hier het geval is, op basis van een hoofdzakelijk naar Nederlands recht ontwikkeld betoog zonder verdere toelichting of voorlichting ambtshalve onderzoekt of dit ook op gaat voor, bijvoorbeeld, Bulgarije, Griekenland of Zwitserland.

 

De redactie van Boek9 wenst u een prettige jaarwisseling en een gelukkig nieuwjaar toe!