2023

Print this page

IEPT20231220, Rb Den Haag, Thuiskopie v JP Teck
Verstekverlening in thuiskopievergoedingszaak. Opgaveverplichting voor doen van volledige en gespecificeerde opgave wordt toegewezen. Artikel 16ga lid 2 Aw moet reeds voldoende prikkel zijn om bescheiden te overleggen waaruit importeiur en fabrikant in Nederland blijkt. Bedragen toegewezen sinds 2019 (per jaar met een eigen renteverloop) tot datum van vonnis. Verbod op import zonder opgave te doen.

 

IEPT20231220, Rb Den Haag, Global Foods Trading v Global Choice Foods

Geen sprake van merkinbreuk door Brjka: vermeend inbreukmakend handelen heeft plaatsgevonden vóór registratiedata Merken. Verstek verleend tegen Global Choice Foods en Sidhco, vorderingen toegewezen: partijen hielden na registratie van de Merken inbreukmakende producten in voorraad voor verhandeling. Verstek verleend tegen Taste’L, vorderingen afgewezen: beweerdelijke inbreukmakende export uit India dateert van vóór de registratie van de Merken.

 

IEPT20231219, Rb Den Haag, Vision Light Tech v IoLite-vision
VLT vordert staking op inbreuk op het door VLT gehouden Benelux-merk met de handelsnaam IoLite-vision en de kleur paars op de website. Er is geen merkinbreuk, geen handelsnaamrechtinbreuk. Geen onrechtmatige daad door de 'look and feel' door op de website onnodig veel overeenkomst met VLTs website. Er is geen alleenrecht op de kleur paars en er is ruim voldoende afstand genomen tot het ontwerp.

 

IEPT20231129, Rb Den Haag, Apple
Merkinbreukverbod en opgavebevel toegewezen jegens bestuurders vanwege persoonlijke betrokkenheid bij niet bestreden inbreukmakende Apple-accessoires. Winstafdracht wegens inbreuk te kwader trouw: [gedaagde 1] en [gedaagde 3] ([…]) hadden zich redelijkerwijs bewust moeten zijn van het inbreukmakend karakter van hun handelen. Persoonlijke (mede)aansprakelijkheid bestuurders omdat beide (indirect) bestuurders van [gedaagde 1] een persoonlijk ernstig verwijt treft van de door [gedaagde 1] gepleegde merkinbreuken. [gedaagde 2] en [gedaagde 3] waren de enige werkzame personen binnen [gedaagde 1] en zij hebben zelf de inbreukmakende producten ingekocht, ingevoerd, te koop aangeboden en verkocht. Zowel [gedaagde 2] als [gedaagde 3] was op de hoogte van de sommatiebrieven die Apple sinds 2016 eerst aan de vof en daarna aan [gedaagde 1] en haar bestuurders stuurde. De steekproeven die [gedaagde 2] en [gedaagde 3] stellen te hebben uitgevoerd om merkinbreuk te voorkomen, zijn niet afdoende gebleken. [gedaagden] bleef door de jaren heen sommatiebrieven van Apple ontvangen, met verwijzing naar nieuwe inbreuken. [gedaagde 2] en [gedaagde 3] wisten dan ook, of moesten begrijpen, dat hun handelen tot schade bij de merkhouder (Apple) zou leiden. Gelet op dit alles zijn zij op grond van artikel 6:162 BW (mede) aansprakelijk voor de schade die Apple als gevolg van de door [gedaagde 1] gepleegde merkinbreuk heeft geleden. € 5.600 aan advocatenkosten toegewezen (in plaats van meer dan € 53.000). =70% van proceskosten besteed aan IE deel conform indicatietarief voor een eenvoudige bodemzaak @ maximaal € 8.000

 

IEPT20231122, Rb Den Haag, Polmos Zyrardów v The Brewing & Distilling Group
Verstek verleent tegen gedaagde die merkinbreuk pleegt door handel in Namaak Belvedere Producten. Bevoegdheid artikel 125 lid 5 UMVo beperkt tot inbreuken op Nederlands grondgebied. Winstafdracht en schadevergoeding. Proceskosten op basis van het liquidatietarief, omdat zij niet (gespecificeerd) kenbaar zijn gemaakt aan niet-verschenen gedaagde..

 

IEPT20231115, Rb Den Haag, Longchamp v Yehwang
Incident tot schorsing in verband met een later dan de dagvaarding bij het EUIPO aanhangige gemaakte nietigheidsprocedure afgewezen: geen gevaar op tegenstrijdige uitkomsten bij afwezigheid van een reconventionele nietigheidsvordering. Overige incidenten zijn verweren ten gronde die het bestek van incident te buiten gaan.

 

IEPT20231108, Rb Den Haag, Lupi v voormalig werknemers

Grenzen vrijheid van meningsuiting tot nu toe niet overschreden. Uitingen niet evidend onjuist. Flyeracties en demonstratie niet disproportioneel. Ondervonden nadeel weegt niet zwaarder dan het recht op vrije meningsuiting van ex-werknemers. Door voortzetting van de acties kan de grens van het toelaatbare wel in zicht komen. De acties krijgen dan het karakter van een ongerijmd en onrechtmatig pressiemiddel. Het aangepaste logo met de middelvinger en de “steals from workers”-tekst is onrechtmatig. Het gebruik daarvan is naar de regels van het maatschappelijk verkeer ongeoorloofd. 

 

IEPT20231108, Rb Den Haag, IHC v ITREC en Huisman

De nietigheids-, inbreuk- en schadevergoedingszaak zijn rol-gevoegd. Twee octrooien met betrekking tot marien pijplijnlegsysteem worden vernietigd; Eén octrooi niet geldig bevonden wegens gebrek aan nieuwheid/inventivitiet; De tekst van het andere octrooi zoals dit luidt na afstand bevat toegevoegde materie. Volgconclusies nietig. Dit kan door hulpverzoeken niet worden geheeld. Vanwege het onterecht gelegde beslag is er schade ontstaan: Het is voldoende aannemelijk geworden dat IHC schade heeft geleden door het beslag. Partijafspraak over proceskosten (€150.000) moet worden verdeeld over de drie rolgevoegde zaken: €60.000 voor de nietigheid, €60.000 voor de inbreuk en €30.000 voor de schadevergoedingszaak.

 

IEPT20231101, Rb Den Haag, Dentaid v Tandonline

Staking omdat bijsluiters aangeboden merkproducten Tandonline niet in de lokale taal zijn. Advocaat heeft zich in opdracht van Tandonline teruggetrokken. Geen verweer gevoerd tegen vorderingen tot staken van merkinbreuk op de Dentaid-merken in de webshop van Tandonline. De verpakkingen en bijsluiters zijn niet in de Nederlandse taal, terwijl dat wettelijk is voorgeschreven; dat kan tot negatieve ervaringen van gebruikers leiden en tot gezondheidsschade en productaansprakelijkheid leiden. Afbreuk aan functies van Dentaid-merken. Proceskosten gehalveerd maximum nu na de dagvaarding geen Conclusie van Antwoord, geen zitting en geen reactie op verweer moest worden voorbereid: €4.000.

 

IEPT20231101, Rb Den Haag, Sandoz v Bayer

Doseringsregime van antistollingsmiddel rivaroxaban is inventief en daarmee een geldig octrooi; Voor de vakpersoon is het op de prioriteitsdatum vanuit de stand van de techniek (fase I studies) niet voor de handliggend om rivaroxaban (slechts) eenmaaldaags toe te dienen in een fase II studie (aan patiënten); Vordering tot vernietiging van het octrooi wordt afgewezen. Inbreukverbod wordt toegewezen: Sandoz heeft het voornemen om na expiratie van het ABC haar geneesmiddel op de markt te brengen die valt binnen de beschermingsomvang van het octrooi.

 

IEPT20231025, Rb Den Haag, Dutch Trading Office v CNC
CNCs wijze van champignoncompostblokken stapelen voldoet niet aan kenmerken octrooi DTO (EP 086): de gestapelde compostblokken worden niet gesteund door (een) afstandhouder(s), waarbij rijen en kolommen van gestapelde blokken worden verschaft, waarbij tussen die gestapelde blokken een verticale ruimte wordt gelaten voor ventilatie. Een pallet kan niet worden gezien als een afstandhouder (kenmerk d, octrooi EP 086): een pallet bevindt zich in het horizontale vlak, terwijl afstandhouders zich in het verticale vlak.

 

IEPT20231025, Rb Den Haag, Synthon v Novartis

Nietigheidszaak voor het ABC (NL300811C) op een combinatietherapie van de stoffen valsartan en sacubitril. Behoeft geen beoordeling plaats te vinden of de octrooiaanvrage (EP728) op plausibele wijze is geopenbaard: Novartis heeft zich in deze procedure niet op enig synergetisch effect van de combinatietherapie beroepen, maar uitsluitend op een verbeterd effect ten opzichte van valsartan monotherapie. Inventiviteitsaanvallen slagen niet; Het combineren van valsartan met sacubitril om tot een verbeterde behandeling van hartfalen en/of hypertensie te komen dan valsartan monotherapie, was op de prioriteitsdatum inventief; De gemiddelde vakman zou zonder inventieve arbeid niet tot de combinatie van valsartan en sacubitril gekomen zijn.
 
IEPT20231025, Rb Den Haag, Antargaz

Gasflessen Antargaz navullen en verkoop met vervalste zegels. Navullen van verpakkingen voorzien van andermans merk. Verkopen van gasflessen voorzien van vervalste zegels. Afgifte, opgave en winstafdracht en/of schadevergoeding nader op te maken bij staat. Toepasselijke algemene voorwaarden vernieitigbaar wegens ontbreken redelijke mogelijkheid tot kennisneming van algemene voorwaarden door de gebruiker (art. 6:234 BW). Inzage in gelegd bewijsbeslag.

 

IEPT20231011, Rb Den Haag, Off-White

Geen inbreuk op merkenrechten Off-White: geen sprake van gebruik in het economisch verkeer in de zin van artikel 9 UMVo. Off-White heeft niet onrechtmatig geprocedeerd, vordering in reconventie afgewezen: Off-White heeft in deze procedure niet bewust onjuiste feiten gesteld.

 

IEPT20231011, Rb Den Haag, Family Office

Uitlating ‘oplichters’ in artikel LinkedIn dient te worden gewijzigd naar ‘mensen’: uitlating vindt onvoldoende steun in de feiten en is daarmee onrechtmatig jegens eiser.

 

IEPT20230913, Rb Den Haag, Grunenthal v Teva

Teva moet Testosteron Teva uit de G-Standaard van oktober 2023, die op 19 september wordt gepubliceerd verwijderden: Grünenthal lijdt bij verwijdering direct onherstelbare schade en TEVA heeft lang gewacht met duidelijkheid verschaffen over de marktintroductie van Testosteron Teva.

 

IEPT20230913, Rb Den Haag, Kärcher Futuretech

Kern van de zaak is of de uitlating die één van gedaagden op Linkedin heeft gedaan kwalificeert als onrechtmatige concurrentie (artikel 6:194a BW), dan wel een onrechtmatige daad (artikel 6:162 BW). De rechtbank oordeelt dat de uitlating op onderdelen valt aan te merken als vergelijkende reclame; Publiek zal de uitlating herleiden tot Kärcher en/of haar producten; Uitlating strekt verder dan een uiting van persoonlijke frustratie. Uitlating onrechtmatig: Afbrekende mededeling waarvan de juistheid door gedaagden niet bewezen is. De vorderingen van eiseres worden deels toegewezen: Iedere partij draagt eigen kosten.

 

IEPT20230906, Rb Den Haag, Sharpsight v Medical Workshop
Sharpsight, houdster van octrooi medisch hulpmiddel intravitreale injecties verkrijgt stakingsbevel tegen voormalig licentienemer Medical Workshop voor merkinbreuk en octrooiinbreuk. Opeising van octrooi door Medical Workshop vanwege (mede)aanspraak omdat het octrooi in samenwerking zou zijn gemaakt. Slaagt echter niet. 

 

IEPT20230830, Rb Den Haag, Audi v Fruugo

Audi c.s. kan Fruugo niet op grond van artikel 9 lid 2 UMVo (of artikel 2.20 lid 2 BVIE) aansprakelijk houden voor merkinbreuken die op/via het Fruugo platform plaatsvinden (cfr. Louboutin-arrest HvJEU). Fruugo gebruikt de Audi-VW-merken niet zelf op haar onlinemarktplaats. Niet Fruugo maar de betreffende retailer dienst als adverteerder te worden aangemerkt. Fruugo biedt niet aan: “aanbieden” vereist als species van “gebruik” eveneens een actieve gedraging die gepaard gaat met een directe of indirecte controle over de handeling waarin het aanbieden bestaat. Fruugo komt beroep toe op de vrijstelling van aansprakelijkheid voor hostingdiensten als bedoeld in artikel 14 lid 1 REH/6:196c lid 4 BW.

 

IEPT20230823, Rb Den Haag, Creation Luxe Design v Notino

Uniemerkenrecht. Geen ontoelaatbare herkansingsvordering: CLD en IDD geen procespartijen in eerdere procedure tussen Silkcosmetics en Notino, en feitelijke grondslag van vorderingen verschilt, omdat vermeende inbreuken zich hebben voorgedaan ná de datum waarop het Gerechtshof Den Haag de procedure tussen Silk Cosmetics en Notino heeft gewezen. Geen beroep  op uitputtingsregel mogelijk. Notino maakt inbreuk op Uniemerken (artikel 9 lid 2 sub a UMVo): Voor CLD c.s. bestaan gegronde redenen tegen verdere verhandeling proefaankopen ex artikel 15 lid 2 UMVo, omdat de toestand van die waren, nadat zij in de handel zijn gebracht, is gewijzigd of verslechterd, waardoor afbreuk aan de reputatie van de Uniemerken wordt gedaan. In reconventie: CLD c.s. moet eerder ontvangen informatie die niet binnen reikwijdte valt vernietigen. door vernietiging verstekvonnis is de rechtsgrond van uitvoering daaraan ontvallen.

 

IEPT20230818, Rb Den Haag, Digital Revolution v HP
Gevorderd verbod/schorsing van verdere executie informatieverplichtingen afgewezen. De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat DR c.s. niet aan het opgavebevel heeft voldaan, althans dat onvoldoende zeker is dat de bodemrechter die de uiteindelijk verbeurde dwangsommen dient vast te stellen geen overtreding zal vaststellen.

 

IEPT20230726, Rb Den Haag, Edwards v Meril
Geen inbreuk: Edwards heeft haar inbreukvorderingen niet gebaseerd op de geldig bevonden conclusies 3, 8, 9, 10, 12 en 13 (noch op enige wel ingeroepen volgconclusie voor zover deze terugverwijst naar conclusie 3 respectievelijk 12 of 13). De conclusies waar Edwards haar inbreukvorderingen wel op heeft gebaseerd zijn nietig, zodat daarop geen inbreuk kan worden gemaakt. De rechtbank is van oordeel is dat er in het octrooi geen aanleiding is voor de vakpersoon om deelkenmerk 1.2.7 zo uit te leggen dat sprake moet zijn van (strikt) verticale (in de zin van evenwijdig aan de lengteas van de hartklep) en parallelle struts. Dat in de figuren alleen (deels) parallelle struts worden getoond, is daarvoor onvoldoende. Het probleem dat Edwards (voor het eerst) ter zitting heeft genoemd waardoor de vakpersoon zou begrijpen dat verticale én daarmee dus parallelle struts een wezenlijk onderdeel van de conclusie zijn staat nergens in het octrooi. Nieuwheidsschadelijkheid Lobbi  voor conclusie 1. Nu Lobbi aldus zowel deelkenmerk 1.2.7 als deelkenmerk 1.2.8, direct en ondubbelzinnig openbaart, wordt conclusie 1 van het octrooi als niet nieuw beoordeeld ten opzichte van Lobbi. Gedeeltelijke nietigheid: dat de conclusies 1 en 2 geheel, conclusies 4 tot en met 7 voor zover niet terugverwijzend naar conclusie 3, conclusie 11 geheel en conclusie 14 voor zover niet terugverwijzend naar conclusie 13, als ongeldig, en de conclusies 3, 8, 9, 10, 12 en 13 als geheel geldig, worden beschouwd. 

 

IEPT20230713, Rb Den Haag, McCain v Simplot

Beroep op artikel 611d Rv wordt buiten beschouwing gelaten: de rechtbank (bodemrechter) heeft de 4.10-, 4.12- en 4.27-verplichtingen opgelegd waardoor zij in casu als de voorzieningenrechter de dwangsom niet kan opheffen of verminderen. McCain Foods c.s, althans McCain Europe, heeft in strijd gehandeld met het inbreukverbod: dwangsommen verbeurd. De verbeurde dwangsommen zijn niet verjaard: aannemelijk dat Simplot niet eerder bekend was met de overtredingen van het inbreukverbod uit het 2017 KG vonnis door McCain Foods c.s. Aan de verplichting tot inzake, afgifte en opgave heeft zij eveneens niet voldaan door EY een rapport toe te zenden en inzage te geven in de documentatie: de 4.10-verplichting: er kan niet worden geconstateerd dat Simplot volledig inzicht heeft verkregen in de omvang van het inbreukmakend handelen. De 4.12- en 4.27-verplichtingen: McCain Holland c.s. geeft (wederom) blijk van een onjuiste, te beperkte opvatting van doel en strekking van deze verplichtingen. Geen sprake van misbruik van executiebevoegdheid ten aanzien van het 2022 bodemvonnis: Simplot heeft geen enkel nadeel geleden door de wijze waarop McCain Holland c.s. de 5.10-, 4.12- en 4.27-verplichtingen is nagekomen.

 

IEPT20230712, Rb Den Haag, Stöbich v Hoefnagels 

Inbreukvordering afgewezen. Octrooi EP 700 nietig: deelkenmerk 1.5 en 1.6 direct en ondubbelzinnig geopenbaard en hulpverzoeken Stöbich afgewezen. Vernietiging nietige conclusies voor Nederlandse deel octrooi.  

 

IEPT20230621, Rb Den Haag, AeroNed v AvioNed

Verwarringsgevaar handelsnamen Aeroned en AvioNed. AeroNed is geen zuiver beschrijvende handelsnaam. Aard van de ondernemingen komt overeen. Locatie doet er niet toe nu beiden ondernemingen in heel Nederland en daarbuiten opereren.Handelsnaam AvioNed wijkt slechts in zeer geringe mate af van de handelsnaam van AeroNed

 

IEPT20230619, Rb Den Haag, Kapsalon Promise v Hairstudio Promise

Gedaagde maakt met jongere handelsnaam ‘Hairstudio Promise’ inbreuk op ouder merk ‘Kapsalon Promise’ van VOF. Geen volledige proceskosten ex artikel 1019h Rv wegens ontbreken specificatie advocaatkosten

 

IEPT20230614, Rb Den Haag, Hennessy v Loendersloot

Uitputting merkrecht. In de handel brengen in de EER vereist levering aan een derde, niet aan een zustervennootschap, en het gaat om de plaats van levering in de EER niet om de vestigingsplaats van de afnemer. Merkgebruik, decoderen, heretikettering: Hennessy c.s. kan zich steeds verzetten tegen het decoderen van MHCS-producten met douanestatus T2/AGD en tegen merkenrechtelijk relevante gebruikshandelingen met gedecodeerde MHCS-producten met douanestatus T2/AGD, ongeacht of die producten reeds door haar of met haar toestemming in de EER in de handel zijn gebracht. Zij kan zich niet verzetten tegen decoderen op douanestatus T1 of tegen het gebruik van gedecodeerde MHCS-producten met douanestatus T1 (transit-goederen), tenzij (zij aantoont dat) voldaan is aan het hiervoor genoemde ‘Class-criterium’. Merkgebruik, in- en uitvoer: De rechtbank stelt voorop dat de invoer in en uitvoer uit de Unie van MHCS-goederen afzonderlijke voorbehouden handelingen zijn. Wanneer dit zonder toestemming van de merkhouder gebeurt, is sprake van merkinbreuk (art. 9(3)(c) UMeV), ongeacht of de goederen in de Unie in de handel worden gebracht. Dit is slechts anders wanneer Van Caem c.s. met succes een beroep kan doen op uitputting.  Merkgebruik in stukken voor zakelijk gebruik en advertenties: dat dit, anders dan Hennessy c.s. lijkt aan te nemen, niet als inbreukmakend kwalificeert wanneer sprake is van gebruik voor zuiver beschrijvende doeleinden, zoals in prijslijsten en dergelijke. Gebruik voor reclamedoeleinden (in verband met wederverkoop of vergelijkende reclame) is eveneens geoorloofd, tenzij het gebruik afbreuk kan doen aan één van de functies van merken. Merkgebruik en opslag. Degene die voor een ander waren opslaat die inbreuk maken op een merkrecht, maakt niet zelf merkinbreuk omdat hij of zij deze waren niet in voorraad houdt met het oogmerk om deze zelf aan te bieden of in de handel te brengen (artikel 9(3)(b) UMeV. Onrechtmatig faciliteren merkinbreuk door dienstverlener/tussenpersoon: Ook indien dienstverlener in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs moet begrijpen dat sprake is van merkinbreuk. Aanwijzing (red flag) is het feit dat de producten gedoceerd zijn of kenmerken die erop duiden dat ze niet voor de EER bestemd zijn. Terughoudendheid op zijn plaats bij bevel tegen tussenpersoon als handhaving tegen inbreukmaker evengoed mogelijk is en voor de hand ligt (artikel 2.22(6) BVIE). Inbreuk en juridische splitsing. Naar het oordeel van de rechtbank zijn alle verbintenissen verbonden aan de 403-verklaring, voor zover die betrekking hebben op de handel in alcoholhoudende dranken, overgegaan naar VCKG bij de splitsing. VCKG is daarvoor voor het geheel aansprakelijk op de voet van art. 2:334 lid 3 BW. De vorderingen tegen Beta Logistics worden dan ook afgewezen.  Geen groepsaansprakelijkheid ex artikel 6:166 BW. Geen bestuurdersaansprakelijkheid: Wanneer wordt vastgesteld dat een rechtspersoon merkinbreuk maakt, bestaat ruimte om ook aan de bestuurder of feitelijk beleidsbepaler een verbod op te leggen, indien aannemelijk is dat die bestuurder of feitelijk beleidsbepaler, door de inbreuk te bevorderen of niet te verhinderen, terwijl hij daartoe wel in staat was, ook zelf onzorgvuldig handelt. Voor  persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder/beleidsbepaler is vereist dat die bestuurder ter zake van de benadeling persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Winstafdracht naast schadevergoeding; kwade trouw. Art. 2.21 lid 4 BVIE gaat over winstafdracht als punitieve maatregel naast schadevergoeding. Waar het Nikolajeva-arrest (in r.o. 54) een uitleg geeft aan art. 13 lid 1 Hrl, betreft dat een uitleg van de verplichting aan de lidstaten om het recht op schadevergoeding in hun nationale wetgeving op te nemen. Het Nikolajeva-arrest betreft daarmee de uitleg van art. 2.21 lid 1 en lid 2 BVIE, niet de uitleg van het vierde lid van dat artikel.

 

IEPT20230614, Rb Den Haag, HP v 123inkt - Milieuproduct

Gegronde reden HP om zich tegen verkoop inktcartridges zonder originele buitenverpakking te verzetten. Heeft tot gevolg heeft dat wezenlijke informatie (de einddatum van de fabrieksgarantie) aan het zicht is onttrokken. Dat het in de meeste gevallen zou gaan om cartridgemodellen die niet meer worden gemaakt (End of Life) en dat het dus vanzelfsprekend is dat de fabrieksgarantie is verlopen, zoals DR c.s. aangeeft, maakt dit niet anders. Gegronde reden HP om zich tegen verkoop lasercartridges zonder originele buitenverpakking te verzetten. De originele buitenverpakking van de HP-lasercartridges bepaalt de uitstraling van het originele HP-product en levert daarmee een wezenlijke bijdrage levert aan het imago en de reputatie van de HP-merken.

 

IEPT20230531, Rb Den Haag, Samsung v Novartis
Op 14 juli heeft Samsung vernietiging van NL deel van octrooi gevorderd. Op 18 juli heeft Novartis haar hoger beroep tegen oppositiebeslissing EOB ingetrokken waarmee herroeping van haar octrooi definitief is geworden. In dit geval is er geen reden om Novartis gelijk te stellen aan een partij die vrijwillige voldoet aan het gevorderde en proceskosten moet voldoen. 

 

IEPT20230523, Rb Den Haag, Meril v Edwards en Douane
Douanebeslag. Voorzieningenrechter neemt de regeling van art. 24 APV tot uitgangspunt bij de beoordeling. De hoogte van de waarborg volgens art. 24 APV moet voorshands worden gesteld op €100 per krimper/Crimping Tool. De conclusie uit het voorgaande luidt dat de douanemaatregelen als zodanig niet onregelmatig zijn maar vrijgave kan worden bevolen volgens art. 24 APV, op voorwaarde van een zekerheidsstelling door Meril c.s.van EUR 100,- per Crimping Tool. Vorderingen ontvankelijk ondanks bestuursrechtelijke rechtsgang. De vorderingen zijn immers gebaseerd op onrechtmatig handelen en misbruik door Edwards, terwijl ook de Douane onrechtmatig handelen wordt verweten onder meer omdat de Douane bij de uitvoering onzorgvuldig zou zijn omgegaan met de producten. Verbod tot leggen conservatoire beslagen op andere producten afgewezen. In beginsel zou gelet hierop conservatoire beslaglegging een gerechtvaardigd middel kunnen zijn. Voor beantwoording van de vraag of Edwards niettemin misbruik van bevoegdheid maakt zal een afweging van de wederzijdse belangen noodzakelijk zijn op het moment van het uitoefen van die bevoegdheid.

 

IEPT20230517, Rb Den Haag, De Thuiskopie v Phonemarket

€ 131.236 aan thuiskopievergoeding te betalen voor de jaren 2019 en 2020. Phonemarket heeft niet aangetoond dat thuiskopievergoeding over de door haar verkochte mp3-spelers aan Thuiskopie is voldaan en dient dit aldus zelf te voldoen (art. 16ga lid 2 Aw). Phonemarket wordt verboden om vergoedingsplichtige voorwerpen te importeren of verkopen, waarover niet binnen een week na import opgave is gedaan op voet van art. 16f Aw of op eerste verzoek ex art. 16ga Aw bescheiden ter inzage zijn gegeven dat de thuiskopievergoeding is voldaan

 

IEPT20230517, Rb Den Haag, BMS v Sandoz

Tweede kort geding naar eerder vonnis in kort geding van 10 mei 2022 waarin gerede nietigheidskans werd aangenomen wegens niet plausibel zijn van de geclaimde uitvinding. De vraag is of de beslissing van G 2/21 verandering brengt in het op 10 mei 2022 gegeven voorlopige oordeel. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is dat in deze zaken niet het geval. Na grondige bestudering van de uitspraak G 2/21 komt het de voorzieningenrechter voor dat de GKB de bestendige lijn van TKB rechtspraak omarmt.



IEPT20230515, Rb Den Haag, Volkswagen v Carway
Staking van inbreuk op ID.6-merk van Volkswagen via een ex parte verbod. De voorzieningenrechter beveelt gerekwestreerde om de (dreigende) inbreuk op de Uniemerken van verzoekster in de Europese Unie door auto’s voorzien van het ID.6-merk in te voeren, uit te voeren, aan te bieden, in de handel te brengen of daartoe in voorraad te hebben, te staken en gestaakt te houden. Onder dwangsom van €500.000 voor iedere dag(deel), dan wel een dwangsom van €150.000 per inbreukmakend product met een maximum van €1.500.000.

 

IEPT20230503, Rb Den Haag, Gräper en Greijmans

Behoorlijke mate van visuele, auditieve en begripsmatige overeenstemming tussen de 2021 Greijmans-tekens en de Gräper-merken: met name gelet op de visuele overeenstemming tussen de zwarte tekens/merken. Overeenstemming geldt tevens voor de 2022 Greijmans-tekens en de Gräper-merken. Het gaat om identieke waren en diensten: zowel de Gräper-merken als de Greijmans-tekens zijn ingeschreven voor de in- en verkoop van auto’s en het leveren van garagediensten. Het relevante publiek heeft een gemiddeld aandachtsniveau: consumenten zijn vooral geïnteresseerd in de auto in kwestie en niet zozeer in het bedrijf waar de auto te koop staat of is gekocht. Greijmans maakt inbreuk op de Gräper-merken in de zin van artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE: gevaar voor verwarring bij de 2021 Greijmans-tekens en de 2022 Greijmans-tekens kader zwart en combi. Greijmans wordt niet verboden gebruik te maken van het 2022 Greijmans-teken GA los van de 2022 Greijmans-tekens kader zwart en combi. 

 

IEPT20230418, Rb Den Haag, BAM v KWS

Voorlopig deskundigenbericht inzake asfaltscheider KWS afgewezen vanwege onevenredigheid van de over en weer betrokken belangen. Daarvoor is van belang dat BAM haar verzoek baseert op een octrooi waarvan zij weet dat de bescherming (geldigheid) uiterst twijfelachtig is. BAM moet immers sinds de uitkomst van het OCNL-onderzoek hebben beseft dat NL 588 alleen is verleend omdat het een registratie-octrooi betreft. Tegenover het belang van BAM bij de beantwoording van haar vragen, staat het belang van KWS bij het niet prijs geven van informatie over de werking van haar asfaltscheider. De onzekere bescherming van het registratie-octrooi van BAM staat naar het oordeel van de rechtbank niet in verhouding tot het belang van KSW om informatie over haar werkwijze zo veel als mogelijk voor zich te houden. Dat geldt zeker nu BAM met de vragen die zij door de deskundige beantwoord wenst te zien, het gehele productieproces van KWS in kaart wil krijgen.

 

IEPT20230412, Rb Den Haag, Signify v Luxiona
Nakoming licentieovereenkomst. Verstekzaak. De vordering om eerst bij tussenvonnis een opgavebevel toe te wijzen om daarna royaltyvergoeding te kunnen vorderen afgewezen. Direct eindvonnis.

 

IEPT20230405, Rb Den Haag, Borek v Manutti

Ex parte beschikking wordt herzien en het aan Borek opgelegde bevel wordt vernietigd: voorwerp waarvoor met de modelregistraties bescherming is gezocht, bestaat uit de meubelstukken zoals die zijn afgebeeld. Deauville-collectie van Borek wekt bij de geïnformeerde gebruiker een andere algemene indruk dan de Gemeenschapsmodellen van Manutti. Gevorderde rectificatie door Borek wordt afgewezen: onduidelijk waarom Borek belang heeft bij een rectificatie die zich richt tot bezoekers van de website van Manutti.

 

IEPT20230405, Rb Den Haag, Marchfun v Ziggo
Marchfun, houdster van (inmiddels verlopen) octrooi voor een Service network, spreekt Ziggo aan vanwege octrooiinbreuk met haar WifiSpots-netwerk. De Ziggo WifiSpots zijn geen volwaardig, autonoom, zelfstandig mobiel netwerk. Zij zijn louter access points. Zodoende geen inbreuk. Proceskostenveroordeling €250.000 en kosten TNO-rapport en voor visualisaties.

 

IEPT20230405, Rb Den Haag, Coty Beauty v Giftsandmorenl

Inbreuk Uniemerken met namaakparfumproducten. Gedaagde heeft via haar Instagramaccount Giftsandmorenl uit Turkije afkomstige namaakparfums verhandeld. Winstafdracht toewijsbaar vanwege kwade trouw. Aangezien [gedaagde] zich ervan bewust was dat zij namaakparfums verhandelde, heeft [gedaagde] naar het oordeel van de rechtbank te kwader trouw inbreuk gemaakt op de Uniemerken. Winstafdracht en schadevergoeding op te maken bij staat wegens ontbreken voldoende gegevens

 

IEPT20230317, Rb Den Haag, Wonderkind v Wunderkind
Partijen hebben gecorrespondeerd, maar zijn het niet eens geworden over conceptovereenkomsten voor co-existentie. Wunderkind opent onaangekondigd een kantoor in Amsterdam en maakt daarmee inbreuk op het Uniemerk. De merken verschillen slechts één van de tien letters van elkaar. Staking bevolen. Maximum proceskostentarief €15.000.

 

IEPT20230315, Rb Den Haag, Cantina Mexicana v McIlhenny

Het Beneluxmerk TABASCO van Mclhenny is geldig; langdurig en intensief in de Benelux gebruikt als merknaam voor pepersausen en inburgering van het merk TABASCO voor pepersauzen is voldoende voor de geldigheid van het merk voor alle categorieën waarvoor het Beneluxwoordmerk is ingeschreven. Cantina Mexicana maakt met gebruik van het woord TABASCO op haar flesjes pepersaus inbreuk op de merken TABASCO van McIhenny; vanwege het uiterlijk zijn er gelijkenissen waardoor er verwarringsgevaar aanwezig is. Tevens geen sprake van eerlijk gebruik door publiek te informeren over ingrediënt tabascopeper. 

 

IEPT20230222, Rb Den Haag, Travion v CSN
Travion koopt APC noodstroomproducten in bij CSN. Inkoopvoorwaarden bevatten vrijwaringsclausule tegen merkinbreuk. Hoofdzaak tussen merkhouder en Travion is geschikt. Rechtbank is nog altijd in deze vrijwaringsprocedure bevoegd. Geen toepassing 1019h Rv.

 

IEPT20230222, Rb Den Haag, Bidfood v Dun Yong

Het Akaya-teken van Dun Yong stemt overeen met de Uniemerken AKARI van Bidfood; het woord element AKAYA is het dominantste en meest onderscheidende onderdeel. Er is auditieve overeenstemming. In beginsel is er geen begripsmatige overeenstemming, maar van het publiek kan niet worden geacht kennis te hebben over de Japanse taal. Inbreuk op merkrechten Bidfood door Dun Yong vanwege (indirect) verwarringsgevaar; de Uniemerken hebben onderscheidend vermogen, Bidfood en Dun Yong opereren in hetzelfde marktsegment en hun producten zijn grotendeels uitwisselbaar. Geen handelsnaam gebruik door Dun Yong; het Akaya-teken is juist ontwikkeld om de productlijn niet aan te duiden met de bedrijfsnaam. Geen voorgebruik door Dun Yong; plaatselijk geniet het Akaya-teken geen grote bekendheid en de registratie van de Uniemerken door Bidfood is niet te kwader trouw. Geen misbruik van recht door Bidfood; het valt niet in te zien waarom Bidfood geen gebruik zou mogen maken van de haar toekomende, legitieme merkrechten.

 

IEPT20230220, Rb Den Haag, Obo Hockey v Kubus
OBO produceert het FaceOff Steel veldhockeymasker. Vanwege nietigheidsverweer en EUIPO-procedure wordt eerst de geldigheid van het model beoordeeld. Dat is niet enkel technisch bepaald bepaald, wijkt met haar Wire Cage af van het vormgevingserfgoed, en is nieuw. Tevens heeft het ook een eigen karakter. Stakingsvordering, rectificatie, recall en schriftelijke opgave van verkoop worden toegewezen.

 

IEPT20230215, Rb Den Haag, Berlano v Hilsen
Rondom overlijden van eigenaar van eenmanszaak Berlano heeft gedaagde feitelijke werkzaamheden uitgevoerd. Er wordt op de sociale media-kanalen van Hilsen vermelding gedaan van Berlano. Een Facebookpagina met link naar Berlano.nl is geen handelsnaamgebruik. Echter een logo als profielfoto en gebruik van de @BerlanoNLTW-handle op Pinterest en Twitter leveren handelsnaaminbreuk op. Tot overlijden van X - waarmee gedaagde getrouwd was op huwelijkse voorwaarden - was er geen sprake van inbreuk. Daarna wel. Staking van gebruik handelsnaamrecht wordt bevolen en toegang tot social mediakanalen wordt bevolen.

IEPT20230215, Rb Den Haag, PayPorter v Morpara
Uniemerken. Schorsingsincident ex art. 132 lid 1 UMVo. Nietigheidsprocedure bij het EUIPO geschorst in afwachting van definitieve uitspraak van de Nederlandse rechter. Geen reden om dus te wachten op beslissing EUIPO. Bijzondere redenen om behandeling voort te zetten.

 

IEPT20230210, Rb Den Haag, SEaB v TWT

Geen inbreuk op de octrooien: TWT past kenmerk V van EP 420 en kenmerk III van EP 589 niet toe. Geen onrechtmatige mededelingen door SEaB: onrechtmatige mededelingen zijn gedaan door een adnere rechtspersoon, namelijk SEaB Energy. TWT te weinig aangevoerd om onrechtmatig wapperen door SEaB aan te nemen: TWT c.s. heeft te weinig aangevoerd om te kunnen aannemen dat SEaB op onrechtmatige wijze heeft gewapperd met haar (niet voor Portugal geldende) octrooien jegens Höfle of Lipor. SEaB heeft bedrijfsgeheimen geschonden doo foto's die aanvankelijk aan SEaB in geblurrede staat zijn verstrekt, zodanig te manipuleren dat de geblurde onderdelen van de foto's weer zichtbaar waren: onbevoegde toegang tot informatie en het openbaar maken van deze informatie is in strijd met de tussen partijen in het kader van hun schikkingsafspraak te betrachten redelijkheid en billijkheid.

 

IEPT20230208, Rb Den Haag, Sunconfex v HSD Eco Screen

conflexGeen inbreuk octrooi. De HSD-montagestrip voldoet niet aan deelkenmerk 1.2  (“elastische samendrukbare klemmiddelen”). De gemiddelde vakpersoon vindt in de beschrijving geen enkele aanwijzing voor een ruimere uitleg van dit kenmerk, bij gebrek aan enig voorbeeld van klemmiddelen die niet tegelijkertijd door de sleuf (kunnen) worden gevoerd. […]. Alle concrete informatie die de vakpersoon in de beschrijving ten aanzien van deelkenmerk 1.2 leest, bevestigt dan ook dat dit kenmerk zo moet worden uitgelegd dat de elastisch samendrukbare klemmiddelen een zodanige vorm en samendrukbaarheid moeten hebben dat ze tegelijkertijd door de sleuf kunnen worden gevoerd. Dit is bij de HSD-Montagestrip niet het geval. 

 

IEPT20230208 Rb Den Haag, Nikon v Primary Holdings Limited

Merkenrecht. Geen omkering bewijslast uitputting.: PHL onvoldoende onderbouwd dat er een reëel gevaar bestaat dat nationale markten worden afgeschermd wanneer hij uitputting zelf moet bewijzen. Geen sprake van uitputting: betreffende producten met toestemming van Nikon Corp voor het eerst in Japan en China op de markt gebracht en waren neit bestemd voor de EER. PHL hoeft enkel informatie over de herkomst van de inbreukmakende producten te verstrekken aan Nikon c.s.: Rechtbank gaat uit van levering door PHL aan consumenten rechtstreeks. 

 

IEPT20230207, Rb Den Haag, Hotgen v Chinachem
Hotgen ziet haar Uniebeeldmerk voor Covid-testers gebruikt worden. Douane heeft grote zendingen in beslaggenomen. Sprake van merkinbreuk, verbod voor (slechts) Nederland. Verstekverlening. Handhaving en vernietiging van in beslaggenomen testers.

 

IEPT20230203, Rb Den Haag, DPG Media - AD
Publicatie in AD met als titel "Advocaat Diekstra doet alweer aangifte tegen adviseur (...), nu wegens valsheid in geschrifte". Sprake van beschuldigingen tussen publieke figuren. Beschuldigingen nog onder de strafrechter. AD heeft de beschuldigingen niet overgenomen, maar is een weergave daarvan. Geen rectificaties.

 

IEPT20230125, Rb Den Haag, Converse v Alpi

Verzoek terugkomen op eindbeslissing afgewezen: Amazon/Coty vormt geen grond om terug te komen op de beslissing over de bewijslastverdeling in deze zaak. Alpi diensten geleverd voor de invoer, opslag en verhandeling inbreukmakende Converse-schoenen: betreft namaak Converse-schoenen. In eerdere procedures vastgesteld dat Baccaraat-groep - waarvoor Alpi (inbreukmakende) Converse-schoenen transporteerde-handelde in namaak Converse-schoenen. Alpi heeft onrechtmatige merkinbreuk gefaciliteerd: Alpi International heeft actief bijgedragen aan de merkinbreuken en/of het vermijden van de ontdekking daarvan door meer diensten te verrichten dan alleen zuiver logistieke diensten. Het inbreukverbod, stakingsverbod en de gevorderde dwangsommen zijn toewijsbaar: het is niet uit te sluiten dat Alpi International nog beperkt activiteiten ontplooit of in de toekomst weer activiteiten gaat ontplooien, ook al is zij op dit moment niet meer actief als logistiek dienstverlener.Vervolg op uitspraak uit 2014 (IEPT20141015).

 

IEPT20230120, Rb Den Haag, OBO v Kubus

Incidentele vordering in kort geding tot zekerheidstelling voor proceskosten in complexe IE-zaak (art. 224 Rv) toegewezen ter hoogte van maximaal €26.676, gestort op de derdengeldenrekening en bij gebreke van deze zekerheidsstelling zal de mondelinge behandeling geen doorgang vinden.

 

IEPT20230118, Rb Den Haag, Advanced Bionics v Med-El
Octrooirecht. Gehoorimplantaatsystemen (Cochleaire implantaatsystemen). Verklaring van niet-inbreuk wordt afgegeven. Geen letterlijke inbreuk, geen sprake van equivalentie. Er is niet één schijfvorm er zijn maar liefst vier magneten die ook elk om hun eigen as kunnen roteren. Reconventionele inbreukvordering wordt afgewezen. Overeengekomen: €150.000 aan proceskosten.

 

IEPT20230111 Rb Den Haag, QLF Brands v Goodstore

Ondanks enige overeenstemming tussen het merk LAMPENLICHT.NL en de door Goodstore c.s. gebruikte tekens lampenlichthal.nl en lampenlichtshop.nl geen inbreuk op ex artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE :Verwarringsgevaar ontbreekt.Geen inbreuk op grond van artikel 2.20 lid 2 sub c BVIE: Geen bekend merk. Geen sprake van handelsnaaminbreuk ex artikel 5 Hnw: Geen sprake van verwarringsgevaar tussen de handelsnaam van QLF Brands c.s. en de namen ‘lampenlichthal.nl’ en ‘lampenlichtshop.nl’.

 

IEPT20230104, Rb Den Haag, Davines v Forallbeauty
Verstek verleend. Vordering tot inzage komt niet onrechtmatig of ongegrond voor. Eiseressen wensen in de bodemprocedure gebruik te maken van de inhoud van het beslage bewijs ex 843a Rbv om zo aanvullend bewijs te verkrijgen voor een schadevergoedingsvordering. De proceskosten worden in verstek maximaal op €6.000 vastgesteld.